Artikel

Collegiaal overleg tussen forensische artsen

Behandelend artsen horen met een forensisch arts te overleggen als zij niet overtuigd zijn van een natuurlijk overlijden. Uit eerder onderzoek van de afdeling AGZ bleek dat forensisch artsen niet altijd het juiste advies geven aan behandelend artsen als zij bellen met vragen op het gebied van lijkschouw: in 12% van alle telefonische overleggen was het gegeven advies onjuist (Smits et al 2017). Ook bleek uit dit onderzoek dat een kleine groep artsen voor een groot deel van alle onjuiste adviezen verantwoordelijk was. De meeste onjuiste adviezen hadden te maken met de aard van overlijden (natuurlijk versus niet-natuurlijk). Uit het onderzoek werd dus duidelijk dat er maatregelen genomen moesten worden om de kwaliteit van het gegeven advies te verbeteren.

De afdeling AGZ heeft daarom erop aangestuurd om bij vragen rondom lijkschouw de forensisch arts altijd te laten overleggen met een collega forensisch arts. Sinds november 2018 kan in Formatus worden vastgelegd of dit is gebeurd bij een lijkschouw. Ook is het mogelijk om bij overleg met een behandelend arts (‘collegiaal overleg overledene’) aan te geven of is overlegd met een collega forensisch arts. Deze opties zijn dus toegevoegd aan Formatus om te stimuleren dat de forensisch arts beslissingen rondom de lijkschouw niet alleen neemt, maar deze bespreekt met een collega forensisch arts. De verwachting is dat behandelend artsen hierdoor vaker van een juist advies zullen worden voorzien.

Looptijd: 2018-2019

Alle rechten voorbehouden