Op maandag 26 juni 2023 vindt het eindsymposium van het WOA-vo/mbo plaats. In deze map verzamelt de redactie de documentatie van deze middag.
In dit symposium laten we zien hoe onderzoeksdocenten bijdragen aan het gezamenlijk ontwerpen én het onderzoeken van samenhangende leerarrangementen. Onze onderzoeken in de scholen leiden tot een groter bewustzijn bij docenten, studenten en leerlingen over wie zij zijn, hoe zij handelen en hoe zij zelf kansen (leren) pakken. Het centrale thema is daarbij: 'Hoe kunnen docenten gelijke kansen voor leerlingen bevorderen in hun onderwijs binnen een grootstedelijke context?'.
Deze Amsterdamse scholen doen mee met een presentatie: Berlage Lyceum, Mundus College, ROC van Amsterdam, ALASCA, Spinoza Lyceum, Montessori Lyceum Oostpoort, Open Schoolgemeenschap Bijlmer, Montessori Lyceum Amsterdam.
Programma
14:15 – 14:30 Binnenkomst toehoorders
14:30 – 14:45 Welkomstwoord en opening
14:45 – 15:30 Ronde 1: vijf pitches met aansluitende posterpresentaties:
Laila Dahouch (Berlage Lyceum),
Arantes Biekman (Mundus College),
Ari Al Kadiri (ROCvA),
Kirsten Nijhof (ALASCA),
Jate Terpstra & Nellie Wagner (Spinoza Lyceum) – Video pitch
15:30 – 15:45 Pauze
15:45 – 16:30 Ronde 2: vijf pitches plus een video pitch van ML-Oostpoort, gevolgd door posterpresentaties:
Jac de Wit, Joey Blackson & Sergej Sheer Mahomed (ROCvA),
Rutger Gommers (ALASCA),
Barbara Deben (MLA),
Brenda Liefhebber & Mark Bakker (OSB),
Charlotte Post (MLA),
Karin van de Lagemaat en Mark Souwer (ML-Oostpoort) – Video pitch
16:30 – 16:45 Presentatie André Koffeman over uitkomsten van het Participatief Actieonderzoek binnen de WOA
16:45 – 17:00 Discussie Louise Elffers over de gepresenteerde onderzoeken van de WOA-deelnemers
Ontdek de impact van 5 jaar onderwijsonderzoek in de WOA-vo/mbo: bekijk het nieuwe WOA-vo/mbo magazine 2023.
Vorig jaar bestond de WOA vijf jaar. Een mooie aanleiding om een stand van zaken op te maken: wat heeft de werkplaats de deelnemende scholen, kennisinstellingen en deelnemers in de afgelopen jaren opgeleverd? Wat is de meerwaarde? En vooral: welke lessen zijn daaruit te trekken voor het vervolg?
Thematische afbakening ‘Zelfverantwoordelijk leren’ is uit overleg tussen de betrokken partners als centraal thema naar voren gekomen. De partners zijn sterk verankerd in de stad Amsterdam en ervaren de urgentie het onderwijs beter aan te laten sluiten op uitdagingen waar leerlingen in een stedelijke context mee te maken hebben. Jongeren moeten hun weg vinden in een wereld waar verschillende perspectieven worden gehanteerd en waar het ontbreekt aan een vanzelfsprekend gedeeld normatief referentiekader. Zeker in deze context is het van groot belang dat jongeren geloof in eigen kunnen ontwikkelen, zowel t.b.v. schoolse contexten als hun maatschappelijk functioneren. Scholen kunnen hieraan een belangrijke bijdrage leveren door hun leerlingen de ruimte te bieden voor het maken van eigen keuzes en reflectie daarop en ze daarbij te ondersteunen. Zelfverantwoordelijk leren vraagt om geloof in eigen kunnen, vaardigheid in het sturen van en betekenis geven aan het eigen leerproces.
Op hoofdlijnen zijn de onderzoeksvragen:
Welke onderwijsleerstrategieën die het zelfverantwoordelijk leren bevorderen, worden al toegepast binnen de scholen en in hoeverre stellen die leerlingen in staat om zelfverantwoordelijk te leren?
Hoe kunnen inzichten, vaardigheden en houdingen die nodig zijn voor zelfverantwoordelijk leren worden bevorderd?
De geïnventariseerde aspecten die mogelijke onderzoek behoeven, zijn:
het ontwikkelen van metacognitieve vaardigheden, tools en interventies voor het nemen van verantwoordelijkheid, het kunnen sturen, en het kunnen afwegen en maken van keuzes.
het vinden van een balans tussen sturing en zelfsturing, tussen structuur en ruimte.
binnen het onderwijs: het sturen op doelen in plaats van op de inhoud van het curriculum.
het vinden van een balans tussen individueel leren / individuele leerlijn en collaboratief leren / leren met en van elkaar.
het geven van ruimte voor zelfverantwoordelijk leren vraagt ook het nodige ten aanzien van de inrichting van het onderwijs:
sturing op resultaat en begeleiding van de leerling bij het formuleren van leerdoelen vraagt om heldere leerlijnen voor algemene en vakspecifieke vaardigheden/houdingen; het voor de leerling betekenisvol maken van de doelen van een leerlijn (gerelateerd aan functies kwalificatie, socialisatie en persoonsvorming);
ontwikkeling van taken om als leerling zelf zicht te krijgen op waar hij/zij staat;
mogelijkheden ontwikkelen voor persoonlijke invulling van de leerlijn.
Van docenten vraagt zelfverantwoordelijk leren:
van docent-gestuurd werken naar meer (met leerling) gedeelde sturing;
doelmatige ontwikkeling en dus situationele inzet van metacognitieve vaardigheden als plannen, evaluatie, reflectie, etc.;
het in balans brengen van ‘eigen regie op het leerproces’ en het ‘met collega’s vorm geven van het leerproces’;
het met de leerlingen vorm geven aan persoonsgericht leren wat hand in hand blijft gaan met de ontwikkeling van de eigen rol in hun omgeving / samenleving.
Kader en werkwijze
De docent-onderzoekers voeren praktijkonderzoek uit op hun school in samenspraak met hun schoolleiding en afgeleid van hun schoolplan. De producten (buiten een verslag en een poster als eindproduct) variëren van workshops of begeleidingstrajecten voor docenten, lessenseries of instrumenten die de zelfregulatie van leerlingen bevorderen. De docent-onderzoekers maken bij aanvang van hun traject een verspreidingsplan en de schoolleiders stellen hun docent-onderzoekers in staat om hun kennis te delen op studiedagen, in teams en in vaksecties. De schoolleiders zien er op toe dat de kennis binnen de school wordt benut en verspreid. Daarnaast wordt de kennis gedeeld tussen de scholen binnen de werkplaats, mede doordat de werkplaatsbijeenkomsten telkens op locatie van één van de deelnemende scholen plaatsvindt en op conferenties die de scholen organiseren. We willen de kennis niet alleen delen binnen de werkplaats en maar ook met praktijkpartners en wetenschappers op congressen zoals b.v. VELON of ORD. Aan het eind van elk onderzoeksjaar wordt een slotsymposium georganiseerd voor collega’s, leidinggevenden, schoolopleiders en instituutsopleiders, bestuurders en gemeente.
Metacognitie, zelfregulatie en zelfverantwoordelijk leren van de leerlingen (2020-21)
In 2020 is de werkplaats gecontinueerd als onderdeel van de nieuwe Amsterdamse Lerarenagenda ‘Liever voor de klas’. Het centrale thema is hetzelfde gebleven, de deelnemende scholen en onderzoekers werken aan de ontwikkeling van metacognitie, zelfregulatie en zelfverantwoordelijk leren van de leerlingen, zowel in het vo als in het mbo. Praktijkonderzoek wordt ingezet als middel tot verdere professionalisering van de docenten en kwaliteitsverbetering van het onderwijs.
De uitwerking van de werkplaats vormt een onderdeel van Actielijn 3 – Versterking van het lerarenberoep (onderdeel van het Plan van Aanpak Lerarentekort). De Taskforce Amsterdamse Lerarentekort is verantwoordelijk voor dit plan van aanpak en wordt dus ook geïnformeerd over de voortgang van de werkplaats-vo/mbo. Overzicht van scholen, onderzoeksvragen, voortgang en producten.
Deze collectie bevat de onderzoeksprojecten die in het jaar 2021-22 zijn gestart op verschillende Amsterdamse VO/MBO scholen: ALASCA (Amsterdam Liberal Arts & Sciences Academie), Montessori Lyceum Amsterdam (MLA), Montessori Lyceum Oostpoort, Mundus College, Open Schoolgemeenschap Bijlmer (OSB), ROC van Amsterdam, MBO College Zuidoost en het Spinoza Lyceum. De scholen hebben elk hun eigen onderzoeksvraag rondom de thema's Kansengelijkheid en diversiteit geformuleerd.
“Corona heeft urgente onderwijsvernieuwing veroorzaakt en daarmee een flinke impuls gegeven aan blended learning,” aldus Zecharja Schouten, studievaardigheidscoach in het team Mode & Jean School van MBO College Zuid, onderdeel van ROC Amsterdam. “Corona of niet, we gaan naar onderwijs waar studenten zowel online als fysiek les krijgen. Die afwisseling – of je dat nou ‘blended’ of ‘hybrid learning’ noemt is feitelijk niet zo belangrijk – betekent dat je met meer verschillende leervormen te maken krijgt. Dat is nieuw voor studenten en docenten. Kunnen studenten dat aan? Hoe zorgen wij als docenten ervoor dat ook deze nieuwe vorm van onderwijs kwalitatief goed is?”
Zelfregulatie
De vragen die Zecharja stelde leverden een interessant uitgangspunt op voor het onderzoek dat zij in september 2020 is gestart. Zelfregulatie was het sleutelwoord. “Begeleid door de Werkplaats Onderwijsonderzoek Amsterdam (WOA) ben ik daar net als andere onderzoeksdocenten een tweejarig onderzoekstraject ingegaan. Met mijn WOA-begeleiders en collega-onderzoekers heb ik wekelijks contact; door hun tips, info en feedback kom ik steeds een stapje verder. Het concrete doel van mijn onderzoek is het ontwerpen van de lessenserie ‘Studievaardigheden voor mbo-studenten’. De lessen moeten bij hen het zelfregulerend leren ontwikkelen.”
Kansenongelijkheid
Aan het eind van het tweede onderzoeksjaar zou de lessenserie ontwikkeld en getoetst moeten zijn. Het is geen laboratoriumsituatie, het is dagelijkse onderwijspraktijk waarin de lessen vorm krijgen. Zecharja: “Naarmate het onderzoek vordert, merk ik dat kansenongelijkheid een tweede sleutelwoord is. Bij studenten uit groepen met een lagere sociaal-economische status is bijvoorbeeld het hebben van een eigen computer en een goed werkende internetverbinding niet altijd standaard. Die persoonlijke omstandigheden van een student kun je vanuit het onderwijs niet rechtstreeks beïnvloeden. Maar als je invloed kunt uitoefenen op de zelfregulatie van die student dan kan hij of zij bedenken om in de bibliotheek te gaan studeren, waar goede faciliteiten zijn. Met name bij online leren is zelfregulatie belangrijk en daarin kun je als school ondersteuning bieden.” Een interessante zienswijze: oefenen met zelfregulatie als middel om kansenongelijkheid te bestrijden.
Succes
Het onderzoek kent twee deelvragen. Eén: wat is goed blended onderwijs? En twee: kan de lessenserie een plaats in het curriculum krijgen? Onderzoek naar antwoorden op de eerste vraag heeft een lijst met succesfactoren voor een goede online les opgeleverd, die vanzelfsprekend ook gebruikt zijn bij het ontwerpen van de lessenserie. De tweede vraag leidde tot een concreet resultaat voor de onderzoeker: haar lessenserie zal volgende studiejaar ingezet worden als invulling van loopbaanlessen, als keuzedeel voor studenten of voor pluscoaching aan individuele studenten. Het huidige studiejaar wordt benut om de lessen te testen.
WOA-onderzoeksdocent Zecharja Schouten
Bijna tien jaar geleden stapte Zecharja Schouten als zij-instromer het mbo binnen om als snel te ontdekken dat vooral de pedagogisch-didactische kant van het werk haar trok. “Vakkennis zie ik als een middel om contact met studenten te maken.” Vanuit die invalshoek deed zij de master Educational Needs en werd zo binnen het team Mode & Jean School van MBO College Zuid – naast vakdocent kledingtechniek – ook gedragsspecialist. Zecharja: “Terwijl mijn WOA-onderzoek nog liep, vond ik een andere baan waarin ik als gedragsspecialist een rol vervul die beter bij mij past. Gelukkig betekende dat niet dat ik mijn lopende WOA-onderzoek moest stoppen.” Bij MBO College Zuid ziet men de waarde van het onderzoek in; Zecharja bleef voor één dag in de week verbonden aan de mbo-school om zo het onderzoek af te kunnen ronden en tot een concreet resultaat te komen. Het is de bedoeling dat haar lessenserie Studievaardigheden in het volgende studiejaar beschikbaar is voor álle eerstejaars mbo-studenten, zonder specifieke focus op een bepaalde opleiding.
Kiezen of laten kiezen
De testfase is in volle gang en de huidige eerstejaars studenten zijn de proefkonijnen voor het eerste ontwerp. Drie introductielessen over zelfregulatie vormden de basis, gevolgd door een serie van zeven lessen waarin de student kennismaakt en oefent met diverse leerstrategieën. Maar: al testend bleek, dat juist het kiezen bij studenten problemen oplevert. Zecharja: “Je moet natuurlijk jezelf goed kennen – één van de leerstrategieën van zelfregulerend leren – om een keuze te kunnen maken. Dus sommigen zeggen dan ‘doe mij maar alle lessen’ en anderen vinden dat ze het allemaal al weten en kennen, terwijl je als begeleider weet dat dat niet zo is. Ik sleutel samen met de pluscoach hier op school verder aan het ontwerp. Zo is nu besloten om niet de studenten te laten kiezen, maar de docenten en mentoren een dwingend advies te laten geven aan de studenten. En – dat vind ik een heel goed teken – op basis van die adviezen volgen studenten nu echt gemotiveerd de keuzelessen. Overigens is ook van de kant van docenten het enthousiasme groot, ik heb er dan ook veel tijd en energie in gestoken om mijn collega’s te informeren over het belang van zelfregulatie bij hun studenten. Volgend jaar kunnen ze zonder mij verder en het zou mooi zijn als andere mbo’s ook gebruik gaan maken van deze lessenserie.”
Foto: Paul Tolenaar
WOA-onderzoeksdocent Zecharja Schouten
Bijna tien jaar geleden stapte Zecharja Schouten als zij-instromer het mbo binnen om als snel te ontdekken dat vooral de pedagogisch-didactische kant van het werk haar trok. “Vakkennis zie ik als een middel om contact met studenten te maken.” Vanuit die invalshoek deed zij de master Educational Needs en werd zo binnen het team Mode & Jean School van MBO College Zuid – naast vakdocent kledingtechniek – ook gedragsspecialist. Zecharja: “Terwijl mijn WOA-onderzoek nog liep, vond ik een andere baan waarin ik als gedragsspecialist een rol vervul die beter bij mij past. Gelukkig betekende dat niet dat ik mijn lopende WOA-onderzoek moest stoppen.” Bij MBO College Zuid ziet men de waarde van het onderzoek in; Zecharja bleef voor één dag in de week verbonden aan de mbo-school om zo het onderzoek af te kunnen ronden en tot een concreet resultaat te komen. Het is de bedoeling dat haar lessenserie Studievaardigheden in het volgende studiejaar beschikbaar is voor álle eerstejaars mbo-studenten, zonder specifieke focus op een bepaalde opleiding.
Keuzes maken. Leerlingen in het voortgezet onderwijs hebben er geregeld mee te maken: welk profiel kies ik? Welke vervolgopleiding? En wat wil ik later eigenlijk worden? Volgens de vakliteratuur spelen talloze factoren hierbij een rol. Maar hoe zit dat proces nou precies in elkaar? Karin van de Lagemaat en Mark Souwer doen er onderzoek naar en ontwikkelen een interventie voor leerkrachten waarmee leerlingen zich goed mogelijk kunnen voorbereiden op de keuzes die ze gaan maken.
Interview met WOA-onderzoeksdocenten Karin van de Lagemaat en Mark Souwer. Karin van de Lagemaat (docent Spaans en casemanager/HR-adviseur MSA) en Mark Souwer (docent Dienstverlening & Producten en Informatica) zijn collega’s op het Montessori Lyceum Oostpoort.
Joey Blackson, docent en stagecoördinator op het MBO College Zuidoost, sloot zich een jaar geleden aan bij een ontwerponderzoek naar de begeleiding van zijn studenten. Nu probeert hij – ondersteund door de Werkplaats Onderwijsonderzoek Amsterdam (WOA) – te ontdekken hoe je de begeleiding vanuit de school en in de praktijk beter op elkaar kunt laten aansluiten. Samen met zijn collega’s ontwikkelde Joey een workshop voor praktijkopleiders en verbeterde hij een bestaande app.
Interview met WOA-onderzoeksdocent Joey Blackson. Joey Blackson startte vijf jaar geleden in het onderwijs op het MBO College Zuidoost, waar hij nog steeds werkt als docent en stagecoördinator.
Wat is een typische mbostudent? En wat is precies het verschil tussen mbo niveau 3 en 4? Thema’s die volgens onderzoeksdocent Marjan Broers onlosmakelijk verbonden zijn met de vraag waar ze zich de afgelopen twee jaar op stortte: waarom scoren haar studenten – handhavers toezicht veiligheid politie – zo slecht bij de externe examens? Haar onderzoek heeft inmiddels geleid tot een verplicht keuzedeel over leerstrategieën, waarin ze een lessenserie uit een ander WOA-onderzoek integreerde.
Interview met WOA-onderzoeksdocent Marjan Broers. Marjan Broers werkt twaalf jaar in het onderwijs en is net begonnen aan het negende jaar in haar huidige baan: docent Engels en Gedrag & Communicatie op het MBO College Zuidoost. Daarnaast geeft ze als pluscoach een-op-een begeleiding aan studenten.
Jate Terpstra, docent Frans en onderzoeksdocent op het Spinoza Lyceum in AmsterdamZuid, wilde graag weten wat leerlingen nodig hebben om goed zelfstandig te kunnen werken tijdens de Daltonuren en wat docenten daaraan kunnen bijdragen. Onderzoek daarnaar resulteerde onder andere in een flowchart die zorgde voor een nieuwe structuur van de Daltonuren. De digitale versie hiervan, de app Daltonuur.nl, staat inmiddels in de steigers.
Interview met WOA-onderzoeksdocent Jate Terpstra. Jate Terpstra staat al 22 jaar ‘met heel veel plezier’ voor de klas als docent Frans op het Spinoza Lyceum. Ze is een vurig pleitbezorger voor taalonderwijs.
Arantes Biekman zou graag het persoonlijk leiderschap bij zijn leerlingen helpen ontwikkelen, zodat ze minder snel afgeleid raken tijdens de les. Nu de probleemstellingsfase achter de rug is, richt hij zich op het opstellen van een enquête die moet leiden tot allerlei creatieve interventies.
Interview met WOA-onderzoeksdocent Arantes Biekman. Arantes Biekman werkt als docent Algemeen Vormend Onderwijs op het Mundus College in Amsterdam-West. Daarnaast verzorgt hij de vakken Burgerschap en Persoonsvorming en socialisatie.
In Didactief, juni 2021 zat een special over de Werkplaats Onderwijsonderzoek Amsterdam (WOA). Sinds 2016 doen scholen en kennisinstellingen daar samen onderzoek om, praktijkgericht, het onderwijs te verbeteren. Een kijkje in de keuken.