Wisselbrieven
Tijdens de afschaffing van de slavernij werden plantagehouders gecompenseerd door middel van zogenaamde wisselbrieven. Waar waren deze voor? En waarom werden ze aan bepaalde mensen gegeven? Mitchell Esajas van The Black Archives laat een aantal van deze oude documenten zien en vertelt hierover vanuit zijn kantoor op de Zeeburgerdijk.
De familie Insinger
Is er nu nog iets van die wisselbrieven terug te vinden in de stad? De jonge journalisten spreken af met historicus Mark Ponte van het Stadsarchief bij een pand met een duister verleden op de Herengracht. Een groot deel van de elite die daar woonde verdiende geld met slavernij.
Herman Insinger, die de familiebank Insinger in de late 18e eeuw opzette, specialiseerde zich in het kopen en verkopen van plantages. En zo zijn er meer panden aan de grachten die met geld van de slavernij gebouwd zijn. De familie werd destijds ruim gecompenseerd voor het verlies aan inkomsten door de afschaffing van de slavernij.
Excuses
Nederland heeft nooit formeel excuses willen maken voor zijn rol in de slavernij. Maar de regering heeft wel spijt betuigd. In Amsterdam wil een meerderheid van de gemeenteraad dat de stad haar excuses aanbiedt. Britt-Marie van der Drift van het kennisinstituut NiNsee vertelt bij het slavernijmonument in het Oosterpark dat Amsterdam hierin koploper is. Zij hoopt dat meerdere steden zullen volgen en er uiteindelijk nationale excuses komen. Maar waarom zijn die excuses nou zo belangrijk? En welke gevolgen zouden die excuses hebben?