-
Artikel
Agenda Platform 31
Hier vind je de link naar de agenda van Platform 31. Platform31 verbindt beleid, praktijk en wetenschap rondom actuele vraagstukken. Amsterdam werkt in G4 verband samen met Platform31.
-
Artikel
Werken aan opgaven in de wijk
Hoe komen gemeenten tot een gebiedsgerichte prioritering van wijken en opgaven? Welke organisatievormen worden ingezet voor de gebiedsgerichte werkwijze en waarom? En in hoeverre is een gebiedsgerichte aanpak een antwoord op meerdere opgaven? Platform31 onderzocht de werkwijze in vier gemeenten en bundelde de voorbeelden, geleerde lessen en aanbevelingen in de publicatie ‘Werken aan opgaven in de wijk’.
Doelstelling van deze verkenning is het bieden van inzicht in hoe gemeenten vorm en inhoud geven aan gebiedsgerichte werkwijzen en organisatiemodellen, zodat andere gemeenten kunnen leren van het denk- en experimenteerwerk dat elders reeds is gedaan.Auteurs: Matthijs Uyterlinde, Mirjam Fokkema en Emre Can
Bron: platform31.nl
-
Artikel
De coronacrisis en de stad
De coronacrisis heeft allerlei directe en indirecte gevolgen voor inwoners, ondernemers, maatschappelijke instellingen en gemeenten. Het verdere verloop van de crisis is ongewis en de ernst van de economische en maatschappelijke gevolgen zijn moeilijk in te schatten.
Moeilijk is ook dat iedereen overspoeld wordt door een overvloed aan publicaties over effecten, meningen, verwachtingen en mogelijke beleidsantwoorden. Elke dag komen nieuwe inzichten beschikbaar. Toch moeten de steden beredeneerde keuzes maken voor hun toekomst.
Daarom zijn door Platform31 (in de maand juni) vele inzichten en meningen – als een bewegend doel – geïnventariseerd, geordend, gecategoriseerd en geduid. Deze inventarisatie en duiding van effecten, en bandbreedtes van effecten, helpt steden helpen om eigen integrale beredeneerde keuzes te maken. Hiermee kunnen de effecten van de coronacrisis gemitigeerd worden, en kan men idealiter sterker uit de crisis tevoorschijn te komen… op termijn.Bron: website Platform 31
-
Artikel
Innovatie in besluitvorming richting aardgasvrije wijken
De transitie naar aardgasvrije wijken staat bij gemeenten hoog op de agenda met als doel de noodzakelijke CO2 -reductie te realiseren. Het Klimaatakkoord schrijft voor dat de gebouwde omgeving in 2050 volledig aardgasvrij is. Daar is veel innovatie voor nodig op verschillende vlakken. Een transitie vereist niet alleen nieuwe technologieën, maar ook nieuwe manieren van werken, nieuwe gewoonten, rollen, investeringsmodellen en een op maat gemaakt ondersteunend instrumentarium. Vanuit het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) loopt het Programma Aardgasvrije Wijken, waarin 27 verschillende wijken experimenteren met nieuwe aanpakken en technieken om aardgasvrij te worden. De uitvraag voor een tweede ronde pilots is recent gestart. Ook gemeenten zijn volop aan de slag met het opstellen van Transitievisies Warmte en Wijkuitvoeringsplannen.
De G4-gemeenten, TNO en Platform31 hebben een jaar lang samengewerkt aan nieuwe kennis en inzichten over besluitvorming voor aardgasvrije wijken, met de huidige gemeentelijke praktijk als belangrijk vertrekpunt. Deze publicatie bevat de belangrijkste kennis en inzichten die uit deze samenwerking naar voren zijn gekomen:
• Een conceptueel model met bouwstenen voor besluitvorming over de stedelijke energietransitie.
• Drie innovatieve regiemodellen waarmee gemeenten richting kunnen kiezen in hun benadering van de aardgasvrijtransitie.
• Een uitwerking – in de vorm van ganzenborden – van de stappen die gemeenten kunnen zetten om te komen tot een Transitievisie Warmte of Wijkuitvoeringsplan.
• Inzicht in de besluitvormingsprocessen bij transitiepartners.
• Een overzicht van wat er – op dit moment – bekend is over de juridische verankering van de instrumenten uit het Klimaatakkoord in de Omgevingswet en over de energiewetgeving.
• Inzicht in randvoorwaarden voor warmtenetten.
• Een doorkijk – zogenaamde technology insights – naar de ontwikkeling van twee actuele energiealternatieven ter onderbouwing van beleidskeuzes: waterstof en warmtenetten. -
Artikel
Bewonersinitiatieven en gemeenten in de lokale warmtetransitie
Nederland kent honderden energiecoöperaties. Hun doel? Eigenaarschap in de manier waarop energie wordt opgewekt. Daarnaast nemen de bewoners steeds vaker het initiatief als het om warmtevoorziening gaat. Elke coöperatie of initiatief werkt samen met de gemeente op de grens van regelgeving en de vrije energiemarkt. Platform31 deed samen met HIER opgewekt onderzoek naar de samenwerking tussen bewonersinitiatieven en gemeenten in de warmtetransitie.
-
Artikel
Trendanalyse Stedelijke verdichting en veiligheid
In de strategische agenda van het ministerie van Justitie en Veiligheid (JenV) ‘Samenwerken aan Recht en Veiligheid’ zijn de veiligheidsopgaven opgenomen waarmee JenV en de steden de komende jaren worden geconfronteerd. Een van de opgaven is veiligheid in relatie tot stedelijke verdichting en wat dit betekent voor de inrichting van de openbare ruimte en wijkontwikkeling. Platform31 voerde een beknopte trendanalyse uit met inzichten en handelingsperspectieven die als bouwstenen kunnen dienen voor de strategische overleggen tussen het ministerie en de steden.
-
Artikel
Smart City? Graag. Maar dan wel met bewuste burgers!
Het gebruik van digitale technologieën verandert zichtbaar en voelbaar onze steden. Velen zijn mening dat het aan de overheid is om erop toe te zien dat de digitale infrastructuur, die momenteel in rap tempo ontwikkeld wordt, in dienst staat van de samenleving als geheel. Slimme technologieën bieden overheden kansen om maatschappelijke problemen op te lossen en het openbaar bestuur effectiever en efficiënter in te richten. Tegelijkertijd kunnen digitale technologieën publieke waarden onder druk zetten. Zorgen bestaan onder meer over privacy, de veiligheid van de datasystemen en het machtsevenwicht tussen publieke en private partijen.
Platform31 heeft in opdracht van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, het Kadaster en het Stedennetwerk G40 een verkennend, inventariserend onderzoek uitgevoerd naar het perspectief van gemeenten en inwoners op dataverzameling in de openbare ruimte. Daarbij ligt de focus op de relatie tussen dataverzameling en slimme technologieën in de openbare ruimte enerzijds en publieke belangen en waarden anderzijds.
Dit onderzoek is een bouwsteen om te komen tot handelingsperspectieven voor gemeenten ten aanzien van het gebruik van data en sensoren in de openbare ruimte. Ook doen de auteurs enkele aanbevelingen richting de rijksoverheid. Daarnaast buigen zij zich over de rol van burgers in het data-vraagstuk. In hoeverre en op welke wijze zijn burgers betrokken bij dataverzameling? En in hoeverre zijn gebruikers van de openbare ruimte zich bewust van de kansen en risico’s van dataverzameling?
Aan de hand van vijf casestudies, in vijf gemeenten (Amsterdam, Eindhoven, Arnhem, Nijmegen en Zwolle) die zich al actief met data bezighouden, is verkend hoe deze gemeenten sensoren en data inzetten voor verschillende stedelijke vraagstukken. In het onderzoek zal aandacht zijn voor de volgende vragen:
- Hoe hebben gemeenten de governance van de smart city georganiseerd?
- Wat zijn belangrijke vraagstukken en potentiële oplossingen voor gemeenten die zich bezighouden met dataverzameling in de openbare ruimte?
- Zijn inwoners zich bewust van (de gebruiksmogelijkheden van) dataverzameling in de openbare ruimte?
Volledig pdf te downloaden op website Platform31
-
Artikel
Aan de slag met de coöperatieve samenleving
“Nederlanders hebben zelf vaak de beste ideeën om hun eigen omgeving, beter, mooier, betrokkener en socialer te maken”, schrijven de Kamerleden Gert-Jan Segers en Diederik Samsom in een gezamenlijke initiatiefnota (2016) over de coöperatieve samenleving. Op het terrein van wonen, maar ook rond thema’s als energie, veiligheid en zorg ontstaan steeds meer initiatieven waarin burgers zoeken naar ruimte om hun omgeving zelf vorm te geven. Soms gebeurt dit samen met professionals in de frontlinie, soms samen met overheden. Op het grensvlak van overheid, markt en samenleving ontstaan daarbij nieuwe hybride vormen van publiek-private samenwerking.
In november 2017 nam minister Ollongren van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties de motie Van der Graaf en Kuiken over. De motie verzoekt de regering “om de belangrijkste obstakels voor burgerinitiatieven met een coöperatieve structuur of een andere rechtsvorm in kaart te brengen en te verkennen op welke wijze deze obstakels kunnen worden weggenomen”. Hier gaat het niet noodzakelijkerwijs om publieke taken, maar dat kan natuurlijk wel.
In opdracht van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) bracht Platform31 de huidige positie van burgerinitiatieven met een coöperatieve structuur of andere juridische vorm op de domeinen wonen, zorg en welzijn, energie en veiligheid in kaart. Hoeveel van dergelijke burgerinitiatieven zijn er op de verschillende domeinen, en welke vormen bestaan er? Ook leest u in dit rapport welke obstakels burgerinitiatieven op de diverse terreinen tegenkomen, onder meer in hun contact met de overheid. Daarnaast richtte de verkenning zich op mogelijke oplossingen voor die obstakels.
-
Artikel
Spelers op de woningmarkt
Het thema Wonen staat opnieuw hoog op alle agenda’s. Opnieuw, want de opgaven zijn er dan ook naar: tekorten voor allerlei groepen, uit de pan rijzende prijzen, verduurzaming, een forse bouwopgave (75.000 woningen per jaar), betaalbaarheid, beter benutten huidige voorraad, transformatie leeg vastgoed, en beter inspelen op flexibiliteit en dynamiek. En bij dat alles zijn er grote en groeiende regionale verschillen. Ga er maar aan staan!
Er zijn veel partijen die een rol spelen bij het wonen. Er zijn echter maar weinig mensen die een goed overzicht hebben van alle partijen en de rol die ze vervullen, of kunnen vervullen. Tegelijkertijd is het meer dan ooit noodzakelijk om samenwerking te zoeken om alle woonopgaven te kunnen realiseren.
Om aan deze lacune tegemoet te komen, heeft Platform31 een handzaam overzicht gemaakt van het complete spelersveld; van alle partijen die met wonen te maken hebben. Met van iedere speler de rol en toegevoegde waarde in het woondomein, belangrijke kwesties en vertegenwoordigende koepels.
De aanleiding voor dit boekje is de komst van nieuwe raadsleden en wethouders met Wonen in de portefeuille. Dit boekje biedt hen, maar even zo goed alle andere partijen, een overzicht van de spelers en opgaven op de woningmarkt. Wij merken dat hieraan een grote behoefte bestaat.
-
Artikel
Van klimaatakkoord naar duurzame woning
De komende jaren krijgt iedereen in Nederland te maken met de energie- en klimaatopgave. De transitie naar een duurzaam energiesysteem heeft consequenties voor de manier waarop we leven en vraagt om aanpassingen in onze bestaande leefomgeving. Onder het vorige kabinet zijn de nodige beleidsmaatregelen genomen om burgers aan te zetten tot energiesparing. Gezien de aangescherpte doelstellingen in het nieuwe regeerakkoord zal dit beleid de komende jaren verder worden uitgebouwd. Tegelijkertijd blijft het verduurzamingsvraagstuk voor veel burgers een abstract vraagstuk dat zich ver van hun bed afspeelt.
In dit rapport verkennen we in hoeverre het rijksbeleid op het terrein van verduurzaming aansluit bij de leefwereld van burgers. We richten ons daarbij specifiek op beleidsinstrumenten die gericht zijn op het stimuleren van energiebesparing onder eigenaar-bewoners. Voelt deze groep zich aangesproken door de huidige campagnes en subsidieregelingen? Wordt de urgentie voldoende gevoeld? Worden burgers voldoende aangezet tot actie, of blijft afwachten en niets doen een aantrekkelijk alternatief?
Reflectie beleidsinstrumenten
We geven een overzicht van relevante noties uit de gedragseconomie, sociale psychologie en de sociologie. Op basis van deze theoretische inzichten reflecteren we op de opzet, uitvoering en uitwerking van drie nationale beleidsinstrumenten: de Investeringssubsidie duurzame energie, de Subsidie energiebesparing eigen Huis en het Zeer energiezuinig pakket. Ter inspiratie belichten we ook enkele buitenlandse voorbeelden en geven we een aantal aanbevelingen die kunnen bijdragen aan de optimalisatie van huidige en toekomstige beleidsmaatregelen voor energiebesparing.
-
Artikel
Burgerparticipatie in de warmtetransitie
Zonder de actieve participatie van burgers is er geen warmtetransitie mogelijk. Willen we een CO2-neutrale en aardgasvrije samenleving hebben anno 2050, dan moeten zij ook on board zijn en hun gedrag en woon- en leefomgeving aanpassen. Hoe krijgen we 7,7 miljoen huishoudens mee naar een andere manier van koken en stoken? En andersom: hoe helpen wij bij de overstap naar een aardgasvrij leven?
Deze publicatie, naar aanleiding van onderzoek in vier pilotwijken in Wageningen, Nijmegen, Haarlem en Rotterdam, wil handelingsperspectief bieden. In eerste instantie voor gemeenten en gemeenteraden. Daarnaast kunnen de opgehaalde successen en spanningsvelden ook inspiratie bieden aan bewonersorganisaties en professionals die vanuit de regio betrokken zijn bij de warmtetransitie.
-
Artikel
Avondstad
Binnensteden zijn belangrijk voor gemeenten, vastgoedontwikkelaars, winkeliers, horecaondernemers én bewoners. De binnenstad is een centrale ontmoetingsplaats waar wordt gewerkt, gewinkeld, gewoond, gestudeerd en waar allerlei culturele, sociale en recreatieve activiteiten plaatsvinden. Toch is er iets raars aan de hand; de aandacht voor de binnenstad concentreert zich vooral op het tijdvak tussen 10 uur ’s ochtends en 18 uur ’s avonds. Hoe houd je de aandacht vast voor de binnenstad na de sluitingstijd van winkels? Welke functies houden de binnenstad op verschillende tijdstippen aantrekkelijk?
Platform31 keek samen met vier gemeenten naar hoe je als gemeente de binnenstad ook in de avonduren volop benut. Hoe houd je hierbij rekening met de wensen en belangen van de verschillende betrokken partijen? Dat is het uitgangspunt voor dit project. We presenteren de meest interessante mogelijkheden voor verlevendiging voor de vier deelnemende steden: Den Haag, Eindhoven, Gouda en Zwolle.
-
Artikel
Sturen op gemengde wijken
Sinds de Tweede Wereldoorlog wordt het beleidsideaal van de gemengde wijk ingezet om de negatieve gevolgen van concentraties van bepaalde bewonersgroepen in buurten tegen te gaan: via nieuwbouw, stadsuitbreiding, herstructurering en transformatie. De laatste jaren lijkt dit ideaal aan kracht in te boeten. Door de economische crisis, de beëindiging van het Wijkenbeleid en herziening van de Woningwet, kwam de stedelijke herstructurering tot stilstand. Inmiddels maken gemeenten en corporaties zich zorgen over de concentraties van kwetsbare mensen in buurten met goedkope woningen. Tegelijkertijd zijn er zorgen over te krappe naar gemeenten gedecentraliseerde taken in het sociaal domein en doen zich – als gevolg van Europese wetgeving en de herziene Woningwet – majeure veranderingen in de corporatiesector voor. De combinatie van deze ontwikkelingen werpen nieuw licht op het denken over gemengde wijken.
Is de gemengde wijk nog een relevant beleidsconcept voor stedelijke partijen in dit tijdsgewricht? In dit rapport verbindt Platform31 de beleidspraktijk van zes steden met de beleidshistorie van de gemengde wijk in Nederland en met inzichten uit de wetenschap. Platform31 interviewde bijna 40 strategen en bestuurders over de gemengde wijk in zes steden: Breda, Ede, Groningen, Leeuwarden, Nijmegen en Tilburg. Vanuit drie perspectieven zijn de doelen, ambities en praktijken van menging in kaart gebracht: de lokale overheid, de corporatiesector en het sociaal domein. Signaleren lokale beleidsmakers, vertegenwoordigers van corporaties en zorgorganisaties in toenemende mate segregatie? Wat is hun visie op deze ontwikkeling en welke stedelijke afspraken komen hieruit voort? In hoeverre speelt het beleidsconcept van de gemengde wijk nog een rol in de aanpak van segregatie? En welke interventies worden hiervoor ingezet?
-
Artikel
Langer thuis: Vernieuwende woonzorg voor kwetsbare senioren
Ouderen willen graag oud worden in hun eigen woning. Lukt dat niet? Dan is er altijd het verzorgingshuis nog als de veilige achterwacht, waarop je kunt rekenen ‘als het nodig is’. Na de invoering van de Hervorming Langdurige Zorg in 2015 kregen ouderen met een lage zorgzwaarte geen toegang meer tot dit maatschappelijk gefinancierde verzorgingshuis. Er kwam dan ook een hoop onrust na de hervorming, want: zijn er wel alternatieven wanneer de oudere het thuis niet meer redt? Welke woonvormen heeft Nederland voor kwetsbare senioren tussen de eengezinswoning en het verpleeghuis in?
In deze kwalitatieve verkenning brengen we dit alternatieve tussenaanbod in beeld. De centrale vraag is: wat kan een kwetsbare oudere vinden als hij of zij op zoek gaat naar een veilige, beschermde en sociale woonomgeving? We speurden internet af naar initiatieven en benaderden oude en nieuwe ondernemers, ontwikkelaars en wetenschappers.
Verkenning en in de praktijk
In de publicatie ‘Langer thuis: een verkenning’ maken we inzichtelijk hoe de doelgroep eruit ziet en welke woon- en zorgbehoeften zij hebben. In de publicatie ‘Langer thuis: in de praktijk’ verkennen we de markt. We zochten naar woonzorgarrangementen die in een gebouw of in een gebied een combinatie aanbieden van aangepast wonen, gezelschap, betaalbare dienstverlening en 24/7 hulp in de nabijheid.
-
Artikel
Handreiking voor begeleiding van VvE’s naar Nul-op-de-meter
VvE’s begeleiden naar Nul-op-de-meter: hoe doe je dat? De handreiking hiervoor is het resultaat van drie jaar ervaring met het aanjagen van verduurzaming van gebouwen van verenigingen van eigenaren naar Nul-op-de-meter. Deze is opgesteld door Platform31 en Stroomversnelling.
De handreiking en de bijbehorende documenten en tools zijn bedoeld voor adviseurs, bouwers, beheerders en besturen van VvE’s die bezig zijn, of van plan zijn om aan de slag te gaan met het verbeteren van gebouwen van VvE’s. Daarnaast wordt het materiaal gebruikt als leidraad in trainingen die worden gegeven aan de diverse doelgroepen.
-
Artikel
Oud worden in Nederland
Het aantal kwetsbare ouderen neemt toe. Nu daarbij steeds meer ouderen zelfstandig wonen met minder professionele ondersteuning, wordt de buurt steeds belangrijker voor hun kwaliteit van leven. Veel ouderen hebben er relaties die ver teruggaan, maken gebruik van publieke voorzieningen en in steeds meer buurten bestaan vrijwilligersinitiatieven voor ouderen. Buurten kunnen zo een positieve bijdrage leveren aan de levens van de ouderen die er wonen. In een collectie van artikelen belichten we in dit magazine het belang van buurten en dorpen voor zelfstandig wonende ouderen vanuit verschillende invalshoeken. Met dit magazine willen we voelbaar maken hoezeer ouderen en plaatsen waar mensen oud worden van elkaar verschillen en hoe ingewikkeld het is om daar met beleid en concrete maatregelen bij aan te sluiten.
-
Artikel
Magazine: De transformatie in het sociaal domein
Na alle transities in het sociaal domein, ligt binnen het G40 Stedennetwerk al enige tijd de focus op de werkelijke transformatie. Door meer te investeren in preventie, kunnen zwaardere problemen worden voorkomen. De transformatie geeft bovendien ruimte om gebiedsgericht en integraal te werken, te innoveren en nieuwe samenwerkingsverbanden te zoeken. De afgelopen tijd maakten we met een aantal wethouders van de sociale pijler uit het Stedennetwerk G40 een eerste tussenbalans op. In het magazine ‘Beweging naar de voorkant’ bundelen we hun ervaringen.
“De transformatie is nog lang niet afgelopen, we staan pas aan het begin”, stelt vicepresident van de Raad van State Piet-Hein Donner. De ervaringen van de afgelopen jaren zijn dan ook waardevol voor de nieuwe colleges of professionals die werkzaam zijn in het sociaal domein. We spraken niet alleen met wethouders maar ook met professionals, die zagen hoe de eerste stappen in ‘de beweging naar de voorkant’ zijn gemaakt. En we geven vijf tips voor de toekomst van het sociaal domein.
-
Artikel
Op weg naar een sluitende aanpak voor financieel kwetsbaren
Gemeenten willen meer grip op de instroom van mensen onder beschermingsbewind. Hierbij staat de vraag centraal of beschermingsbewind in alle gevallen wel écht noodzakelijk is of dat er een andere wijze van ondersteuning mogelijk is, die beter aansluit bij de situatie en vaardigheden van de inwoner met financiële problemen. Hulpverleners in het sociaal domein komen mensen met financiële problemen op veel plekken tegen en moeten dan zelf een eerste afweging maken: waar ga ik deze inwoner naar doorverwijzen? Lastig is dat zij vaak onvoldoende specifieke kennis hebben over schuldenproblematiek. Hoe kunnen zij dan toch goed doorverwijzen? Platform31 voerde in dit kader een onderzoek uit naar de passende ondersteuning van financieel kwetsbaren uit en ontwikkelde een quickscan Beschermingsbewind voor sociaal werkers en doorverwijzende partijen.
-
Artikel
Waarde maken uit leegstand
Overtollig vastgoed. Welke gemeente heeft hier niet mee te maken? Of het nu komt door krimp, stabilisatie of groei, regelmatig zijn gebouwen niet meer nodig voor de functie waar ze ooit voor bedacht zijn. Dat geldt zeker voor gemeentelijk maatschappelijk vastgoed, zoals schoolgebouwen, buurthuizen of bibliotheken.
In dit magazine gaan we op zoek naar werkwijzen en oplossingen om leegstaand vastgoed nieuw leven in te blazen. Welke kansen en uitdagingen komen gemeenten tegen wanneer ze aan de slag gaan met de verkoop of herbestemming van hun maatschappelijk vastgoed? Aan de hand van zes praktijkvoorbeelden onderzoeken we hoe gemeenten hergebruik en transformatie van gemeentelijk vastgoed kunnen bevorderen en wat dit oplevert. We sluiten af met concrete handvatten voor gemeenten om transformatie en hergebruik van hun vastgoed te stimuleren.
-
Artikel
De economische agenda voor stad en regio
De nieuwe lokale bestuursperiode belooft interessant en uitdagend te worden. De steden en regio’s staan voor een aantal grote opgaven, zoals de duurzaamheid- en energietransitie maar ook de vraagstukken die de krimpende beroepsbevolking met zich meebrengen. Deze publicatie biedt steden en regio’s een handreiking aan alle partijen die de komende tijd met de lokale en regionale economie aan de slag gaan.
Het speelveld waarin lokale bestuurders opereren, is inmiddels ongekend complex en dynamisch. Gemeenten werken hierin nauw samen met andere (hogere) overheden, het bedrijfsleven, kennis- en onderwijsinstellingen, maatschappelijke organisaties en hun inwoners. In de publicatie komen vertegenwoordigers van alle partijen aan het woord: bestuurders op nationaal, provinciaal en lokaal niveau maar ook een onderzoeker, een ondernemer, een vertegenwoordiger van een economic board en een regionaal samenwerkingsverband.
De publicatie bespreekt verschillende economische trends en opgaven die de komende tijd hoog op de agenda zullen staan van stad en regio. Denk bijvoorbeeld aan arbeidsmarktvraagstukken, het toekomstbestendig maken van binnensteden, het belang van data voor ‘slimme’ steden en het bouwen van een regionaal ecosysteem voor ondernemerschap. In deze publicatie staan ook inspirerende voorbeelden uit de stedelijke praktijk op het gebied van circulaire economie, ondersteuning van het mkb en zzp’ers en de aansluiting van onderwijs en arbeidsmarkt.
Op basis van de verschillende bijdragen zijn tien punten geformuleerd die hoog op de economische agenda van stad en regio zullen staan. Met deze publicatie biedt Platform31 steden en regio’s handvatten voor het (door)ontwikkelen van een krachtig en regionaal economisch beleid.
-
Artikel
Zorgpact: samen op weg naar beter
Waarom werken sommige samenwerkingsverbanden wel en anderen niet? Hoe kijken professionals aan tegen samenwerking in de regio en wat zij daarbij nodig hebben? Platform31 verkende in opdracht van de ministeries van VWS en OCW hoe de samenwerking tussen zorg, onderwijs en overheid eruit ziet binnen de verschillende initiatieven van het Zorgpact en wat werkzame elementen zijn. Doel van de verkenning was om zo meer zicht te krijgen op welke elementen gebruikt kunnen worden voor het stimuleren en optimaliseren van de regionale samenwerkingen.
Platform31 heeft de gegevens verzameld op basis van een literatuuronderzoek, interviews en een door regionale zorgpacten en koplopers ingevulde vragenlijst. De focus lag op de resultaten en werkzame elementen van de regionale samenwerkingen.
Werkzame elementen voor samenwerking
Uit het onderzoek blijkt dat vijf elementen in de onderzochte samenwerkingen effectief blijken. Samenwerking in de gouden driehoek gedijt bij:
- coalities vormen per vraagstuk, met de basiscoalitie als anker
- samen het vraagstuk definiëren
- openheid geven over ieders belangen als opstap naar win-win-oplossing
- harde afspraken maken waar nodig, lichte waar het kan
- aandacht voor de mensen.
Voor de toekomst van de sector levert regionale samenwerking vooral een betere aantrekkingskracht, een kennismaking met andere organisaties in de regio en meer bestuurlijke betrokkenheid bij innovatie en inhoudelijke innovatie in de zorg op.
Beweging op gang
De onderzoekers van Platform31 concluderen dat er mede door het Zorgpact een beweging op gang is gekomen van vernieuwers, die door samenwerking onderwijs en werk in zorg en welzijn innoveren. Daarom is ook gekeken naar elementen die de innovatie en cultuurverandering helpen op gang te brengen. Dat zijn:
- inhoudelijke verbindingen in netwerken
- ruimte om te experimenteren
- blijven inspelen op actuele vragen
- nieuwe manieren van organiseren.
-
Artikel
De nieuwe binnenstad
De toekomst van de binnenstad staat volop in de aandacht en dat is terecht: de binnenstad is economisch en maatschappelijk een plek van groot belang. Als gevolg van het publieke karakter en de concentratie van verschillende functies, is het een plek voor diverse vormen van interactie en bedrijvigheid. In de kleine en middelgrote steden is de urgentie tot transitie – van winkelplek naar stadshart – het grootst.
Met de publicatie ‘De nieuwe binnenstad’ wil Platform31 de discussie over hoe om te gaan met de binnenstad naar een volgende fase brengen. Niet de huidige problemen centraal stellen, maar trends analyseren die nu al zichtbaar zijn en pas over een aantal jaren daadwerkelijk impact op de inrichting en gebruik van binnensteden zullen hebben. Op basis van de trendanalyse zijn vier toekomstscenario’s beschreven, en worden beleidsaanbevelingen gedaan om te komen tot innovatieve aanpakken voor de binnenstad van de toekomst.
Zes trends
In de publicatie zijn zes trends beschreven die een grote impact hebben op (de toekomst van) de binnenstad: anders samenleven, anders produceren, anders consumeren, anders werken, anders investeren en anders vervoeren. In essentie behandelen deze trends:
- complexer wordende samenleving,
- nieuwe vormen van productie, zoals circulair en via (deel)-platforms,
- consumptie die duurzamer is en waar de online en offline wereld met elkaar verweven zijn,
- werk terug in de binnenstad door bijvoorbeeld kleinschalige productie en nieuwe banen door nieuwe technologie,
- verschuiving van vertrouwen in banken naar netwerken en opkomst van cryptovaluta, en
- de opkomst van mobiliteitsdiensten en elektrisch vervoer.
Vier toekomstscenario’s
Uit de zes trends komen vier toekomstscenario’s voor de binnenstad voort: binnenstad united, de exclusieve binnenstad, de autarkische binnenstad en de binnenstad als game. De basis voor deze toekomstbeelden vormen twee onmiskenbare ontwikkelingen: circulaire economie en de opkomst van (big) data. De scenario’s leiden de lezer naar vier beleidsrichtingen. Binnenstadstakeholders kunnen deze publicatie zien als hulpmiddel bij strategische gedachtevorming.
-
Artikel
Ondernemerschap: een kans voor statushouders?
De afgelopen jaren zijn tal van initiatieven als paddenstoelen uit de grond geschoten om statushouders tot ondernemerschap te stimuleren. Er is allerhande particulier initiatief, zoals Eritrea Fietst (‘Haags bedrijf wil Eritrese statushouders aan het werk krijgen’), maar ook gevestigde vluchtelingenorganisaties zoals het Universitair Asiel Fonds in Utrecht (UAF) en VluchtelingenWerk Nederland (via het project Startbaan) stimuleren ondernemerschap van statushouders. Daarnaast zijn er verschillende regionale uitvoeringsorganisaties voor zelfstandigen en gemeentelijke of regionale ondernemerssteunpunten met aparte programma’s voor vluchtelingen/statushouders.
De vraag die in deze longread centraal staat is of ondernemerschap voor statushouders een mogelijk meer effectieve route naar snellere arbeidsparticipatie, inburgering en integratie dan de loondienst. Is het inderdaad gemakkelijker voor statushouders om een eigen bedrijf te beginnen dan om zich in te vechten in de ‘witte’ kantoortuinen van de Nederlandse publieke sector of het bedrijfsleven? Waarom kiezen statushouders voor ondernemerschap, is het hun eigen keuze of doen ze het uit frustratie omdat de reguliere arbeidsmarkt hen weinig kansen biedt? Wat zijn de voordelen ervan en met welke problematische barrières, drempels en uitdagingen zien zij zich geconfronteerd? En zijn deze mogelijk te slechten?
Voor het beantwoorden van bovenstaande vragen spraken we met zeventien statushouders en een drietal experts: Katja Rusinovic (Haagse Hogeschool), Arend Odé (Sociale Economische Raad) en Robert Kloosterman (Universiteit van Amsterdam). In de slotparagraaf doen we een achttal aanbevelingen om het ondernemerschap van statushouders meer adequaat te stimuleren en te faciliteren.
-
Artikel
Ruimte voor lage middeninkomens
De inkomensgrens om voor een sociale huurwoning (met een huurprijs tot 711 euro) in aanmerking te komen bedraagt 36.798 euro (prijspeil 2018). Huishoudens die meer verdienen zijn primair aangewezen op woningen in het midden- of hogere segment. Sinds 2016 hebben corporaties tijdelijk tot 2021 tien procent extra ruimte om deze huishoudens tot een jaarinkomen van 41.059 euro te huisvesten in de sociale woningvoorraad.
In dit onderzoek gaan we in op de betaalbaarheid en beschikbaarheid van woningen voor de huurders die primair zijn aangewezen op het middensegment en de rol van woningcorporaties daarin. Op basis van de bevindingen stellen we twee samenhangende beleidsaanbevelingen voor.
- Maak onderscheid in de inkomensgrens van de sociale huursector per huishoudenstype, zodanig dat huishoudens die een advieshuur hebben lager dan 711 euro tot de sociale doelgroep gaan behoren. Hierdoor valt het huisvesten van deze groepen automatisch onder de ‘kerntaak’ van corporaties. Houd de inkomensdifferentiatie wel eenvoudig, zodat de uitlegbaarheid voor woningzoekenden helder is en de regeldruk voor corporaties niet verhoogt. Dit kan bijvoorbeeld door onderscheid te maken tussen één- en meerpersoonshuishoudens.
- Deze aanbeveling heeft als voorwaarde dat aanbeveling 1, een differentiatie van de inkomensgrenzen, wordt toegepast. Behoud de huidige ruimte die corporaties hebben om hun sociale woningvoorraad ook in te kunnen zetten voor andere huishoudens dan de sociale doelgroep. Indien de inkomensgrenzen gedifferentieerd worden (=aanbeveling 1), lijkt de ruimte van 10 procent daarvoor voldoende (en dus niet de 20 procent van nu). Dus verleng de extra tien procent niet, maar biedt ruimte via een differentiatie van de inkomensgrens.
-
Artikel
Betaalbare nieuwbouw
De roep om betaalbare huurwoningen wordt steeds luider. De gemiddelde huurprijs in de sociale sector steeg het afgelopen decennium om verschillende redenen, waaronder de verhuurderheffing en de nieuwbouw van steeds grotere woningen. Inmiddels is een trend ingezet om woningen weer kleiner te bouwen met minder wws-punten. Met de passendheidsnorm stuurt de overheid sinds 2016 op huurprijzen onder de aftoppingsgrens van 592,55 euro of 635,05 euro (prijspeil 2017) afhankelijk van het type huishouden. Door deze norm moeten corporaties 95 procent van hun sociale woningvoorraad tegen een huurprijs op of onder de aftoppingsgrens verhuren. Naast de aanpassing van de huidige huurprijzen streven veel corporaties naar betaalbare woningen via nieuwbouw. Zij willen nieuwbouwwoningen goedkoper realiseren om woningen kostprijsdekkend te verhuren onder de aftoppingsgrens.
Platform31 startte in oktober 2016 het experimentenprogramma ‘Van aanbesteden naar afnemen’. Aan dit experimentenprogramma deden zeven corporaties mee, die hun marktuitvraag niet meer aan de hand van een bestek, maar aan de hand van functionele prestatie-eisen in de markt wilden zetten. In deze rapportage brengen we de aanpakken van de deelnemende corporaties aan het experimentenprogramma in beeld en kijken we of hun andere aanpakken leidden tot lagere stichtingskosten.
-
Artikel
Hoe Mobility as a Service uitwerkt op verstedelijking
Mobiliteit zal de komende tijd fundamentele veranderingen ondergaan: de elektrische auto, duurzaam transport, autonoom rijden, nieuwe vormen van stadsdistributie en de elektrische fiets als alternatief voor de auto. Bij ‘Mobility as a Service’ (MaaS) wordt bezit ingeruild voor een gebruiksabonnement. Deze veranderingen kunnen gevolgen hebben voor het gebruik van stedelijke infrastructuur en mogelijk ook voor de inrichting en het ontwerp van de gebouwde omgeving.
Dit artikel brengt de kansen en knelpunten van MaaS in beeld. De essentie van het concept is eenvoudig: een dienstverlener biedt de reiziger een complete mobiliteitsdienst aan: betaalbaar vervoer van deur-tot-deur. In potentie kan MaaS leiden tot een CO2-reductie door een veel efficiëntere omgang met beschikbare capaciteit. Er bestaat echter ook een risico van uitsluiting van bepaalde groepen.
Dit artikel gaat dieper in op het concept Mobility as a Service en brengt een aantal (prille) initiatieven in beeld. In vier scenario’s schetsen we de consequenties die MaaS kan hebben op de ontwikkeling van de stad en verstedelijkingsopgaven.
-
Artikel
Magazine: Werken aan vitale wijken
Meer dan ooit ligt het initiatief voor het onderhouden en (her)ontwikkelen van stedelijke gebieden bij gemeenten, burgers, maatschappelijke organisaties en marktpartijen. Platform31 neemt deze Nieuwe Werkelijkheid vanuit verschillende invalshoeken onder de loep. De bevindingen presenteren we in drie online magazines. In dit tweede themanummer gaan we dieper in op de aanpak van kwetsbare wijken. Hoe kunnen steden hun wijken vitaal maken én houden?
-
Artikel
Evaluatie passend toewijzen
Als gevolg van de Woningwet 2015 moeten corporaties sinds 1 januari 2016 voldoen aan de passendheidsnorm. De norm verplicht corporaties om hun primaire doelgroep een betaalbare woning toe te wijzen. Zij moeten aan minimaal 95 procent van de huurtoeslaggerechtigde huishoudens een woning toewijzen met een huur tot aan de aftoppingsgrens. Voor een- en tweepersoonshuishoudens is de aftoppingsgrens in 2017 592,55 euro en voor grotere huishoudens 635,05 euro. De regeling is ingesteld om betaalbaarheidsproblemen bij lagere inkomensgroepen te verminderen en om de Rijksuitgaven aan de huurtoeslag te beperken.
Wat zijn de eerste effecten van de passendheidsnorm? Platform31 onderzocht dit in samenwerking met RIGO. In de evaluatie passend toewijzen komen aan bod:
- Huur- en toewijzingsbeleid van corporaties
- Betaalbaarheidseffecten
- Beschikbaarheidseffecten
- Effect op instroming primaire doelgroep in wijken
-
Artikel
Gemeenschapsopbouw met ouderen
De wens om sociale contacten aan te gaan, is voor ouderen vaak de reden om in een wooncomplex voor ouderen te gaan wonen. Eenmaal in dat complex zijn zij best bereid en in staat te investeren in de vitaliteit van hun woongemeenschap. Maar dat kunnen zij niet alleen. Een enthousiasmerende en betrokken professional is onontbeerlijk om woongemeenschappen op den duur sociaal en levendig te krijgen, zo blijkt uit het experiment Vitale woongemeenschappen van Platform31 en Aedes-Actiz Kenniscentrum Wonen-Zorg.
-
Artikel
Kwetsbare wijken in beeld
Platform31 en het G32-stedennetwerk zoeken in het kennisprogramma ‘Nieuwe perspectieven voor stedelijke vernieuwing’ naar vruchtbare aanpakken om de sociale, fysieke en economische kwaliteit van kwetsbare wijken op peil te houden. Welke vraagstukken doemen op, welke oplossingen worden ingezet en welke beleidskaders zijn daarbij nodig? Dit rapport is onderdeel van het kennisprogramma en brengt de huidige staat van de kwetsbare wijken in Nederland in beeld.
De afgelopen twintig jaar zijn veel Nederlandse stadswijken ingrijpend verbeterd. Sinds eind jaren negentig investeerden de steden, in samenwerking met woningcorporaties en marktpartijen en met steun van het Rijk, miljoenen in de verbetering van kwetsbare wijken. Door de economische crisis en door gewijzigd overheidsbeleid, raakte de stedelijke vernieuwing de afgelopen vijf jaar echter in een impasse.
Platform31 onderzocht hoe het nu met deze wijken gaat. Vanaf 2012 stagneert de positieve ontwikkeling van de leefbaarheid in wijken die de afgelopen decennia als probleemwijk, aandachtswijk of prioriteitswijk zijn gelabeld. Verdiepend onderzoek in twaalf wijken naar oorzaken van de afnemende leefbaarheid laat zien dat in deze wijken concentraties ontstaan van kwetsbare groepen, zoals mensen die in armoede of met schulden leven, vroegtijdige schoolverlaters en mensen uit de maatschappelijke opvang. De crisis, maar ook de nieuwe Woningwet en de decentralisaties in het sociale domein komen hard aan in deze wijken. Een nieuwe impuls is daarom nodig van gemeenten, Rijk en andere maatschappelijke partners.
Aan deze verkenning liggen twee deelstudies ten grondslag. Rigo Research en Advies voerde in opdracht van Platform31 een kwantitatieve analyse van de leefbaarheid uit in meer dan 130 (voormalige) kwetsbare wijken op basis van de Leefbaarometer, een statistisch instrument waarmee de leefbaarheid sinds 2002 op buurtniveau wordt gemonitord. Ten tweede zijn twaalf kwalitatieve wijkanalyses uitgevoerd. Samen met het hoofdrapport Kwetsbare wijken in beeld download u de rapportages van de beide deelstudies (ingesloten in een zip-bestand).
Auteurs Matthijs Uyterlinde en Jeroen van der Velden
maart 2017
-
Artikel
Robotisering en automatisering: gevolgen voor werk en opleiding binnen de gemeentelijke organisatie
Deze verkenning, naar de betekenis van digitalisering, automatisering en robotisering (R&A) binnen de gemeente Den Haag, laat om te beginnen zien dat R&A binnen de gemeente op dit moment drie verschijningsvormen kent. De eerste vorm, onder meer te vinden bij de Dienst Sociale Zaken en Werkgelegenheidsprojecten en de Dienst Stedelijke Ontwikkeling, is die van klantgerichte digitalisering. Doel is dat meer zaken online kunnen worden afgehandeld, bijvoorbeeld beschikkingen. De tweede vorm is die van meer data-gebaseerd werken om de effectiviteit van het beleid te vergroten of ten behoeve van business intelligence. Die vorm vind je binnen de Bestuursdienst, de Dienst Onderwijs, Cultuur en Welzijn en op corporate niveau. De derde vorm is de (eventuele) inzet van ‘robots’, bijvoorbeeld door de Dienst Stadsbeheer, zoals in de vorm van afvalcontainers met slimme sensoren, slimme onderhoudsapparatuur of drones.
Technologische ontwikkelingen vormen een belangrijke driver voor de automatiseringen en digitalisering binnen de gemeente. Maar de invloed van de veranderende, digitale samenleving met mondige burgers die steeds meer gewend zijn om 24/7 toegang te hebben tot informatie en op het moment dat het hen uitkomt hun zaken willen regelen, is ook een belangrijke factor. Daarnaast spelen veranderingen in gemeentelijke taken een rol, zoals de decentralisaties en de Omgevingswet. En tot slot doet de bezuinigingsopgave waarvoor de gemeente zich gesteld ziet een duit in het zakje: door inzet van R&A kan de gemeente kostenefficiënter opereren.
Auteurs Ruud Dorenbos en Lydia Sterrenberg
-
Artikel
De eindjes aan elkaar knopen
In een jaar tijd is de handreiking De eindjes aan elkaar knopen een standaardwerk geworden in de dagelijkse ondersteuning van wijkteamprofessionals, vrijwilligers en anderen die mensen met schulden ondersteunen. Sinds de lancering van de eerste uitgave is de behoefte aan praktische kennis en inzichten in het complexe systeem rond schuldhulpverlening gegroeid. Daarom brengt Platform31 nu een geactualiseerde en uitgebreide versie uit: een handboek voor dagelijks gebruik én met een theoretische verdieping.
Het afgelopen jaar is er het nodige veranderd in de wet- en regelgeving en geven recente onderzoeken onder andere op het gebied van neurowetenschappen en gedrag ons aanknopingspunten om onze dienstverlening aan mensen met risicovolle of problematische schulden effectiever te maken. Deze nieuwe ontwikkelingen kregen zo veel mogelijk een plaats in deze geactualiseerde uitgave.
Hoe beïnvloeden schulden het gedrag van mensen? Welke bevoegdheden hebben schuldeisers, incassobureaus en deurwaarders? Hoe is het stelsel van schuldhulpverlening ingericht? De auteurs geven antwoord op deze en nog veel meer vragen. Zo helpen zij u op weg bij het vormgeven van een integrale aanpak. Nieuw is ook een door advocaat Erica Schruer opgestelde brievenbijlage met voorbeeldbrieven waarmee u concrete situaties aan kunt pakken. Daarmee kunt u als sociale professional echt het verschil maken.
-
Artikel
Mobility Mentoring®
Mensen die in armoede leven of schulden hebben en daar niet snel uitkomen, krijgen al gauw het verwijt dat ze onverstandig zijn. Inzichten uit de hersenwetenschap laten zien waarom: chronische stress door schulden en armoede, verandert de ‘bedrading’ van het brein van mensen. Dat beïnvloedt het geheugen negatief en maakt dat mensen geen overzicht kunnen krijgen en niet goed meer in staat zijn om doelgericht en probleemoplossend te handelen.
De Amerikaanse social work-organisatie EMPath ontwikkelde in nauwe samenwerking met Harvard University, een aanpak die uitgaat van Mobility Mentoring®. Deze aanpak combineert het onderwerp armoede met de laatste inzichten vanuit de hersenwetenschap over de effecten van schaarste en armoede en de ontwikkelbaarheid van hersenfuncties. Deze aanpak is inzetbaar bij de begeleiding van mensen die hun financiële en sociale problemen willen oplossen.
In de Amerikaanse stad Boston werd onderzocht hoe Mobility Mentoring® werkt voor mensen met armoede en schulden. Onderzoekers beschreven onder meer hoe die ondersteuning eruit ziet: welke basisprincipes liggen eronder, wat is bijzonder aan deze begeleiding en welke instrumenten worden gebruikt. Ook in Nederland kan Mobility Mentoring® bijdragen aan de doorontwikkeling van de dienstverlening door wijkteams en de brede integrale intakes bij gemeenten.
Deze publicatie beschrijft de resultaten van de verkenning en maakt een eerste vertaling naar de Nederlandse praktijk. Daarmee ligt deze publicatie aan de basis voor de beweging die De Hogeschool Utrecht en Platform31 op gang brengen om de theoretische inzichten en instrumenten, mentoring en dienstverleningsprincipes ook in Nederland in te zetten en de resultaten verder te monitoren en evalueren.
-
Artikel
Handreiking voor gemeenten: Voorkomen door te verbinden
Mensen met een sociaaleconomisch lagere positie komen vaak terecht in buurten en wijken met goedkope(re) huur- en koopwoningen. Vaak zijn dit migranten of Nederlanders met een migratieachtergrond. Deze diverse buurten kunnen te maken krijgen met sociale spanningen, wanneer bewoners niet met elkaar in contact komen, elkaar niet kennen of elkaar niet aan durven spreken op ongewenst gedrag.
Platform31 onderzocht welke rol burgerinitiatieven kunnen spelen in het overbruggen van verschillen tussen bewoners, laat zien wat wel en juist niet werkt bij dit type initiatieven en keek wat gemeenten kunnen doen om dit type initiatieven te stimuleren.
De 10 initiatieven die we hebben geselecteerd kunnen we zien als ‘overbruggende initiatieven’: initiatieven die er naar streven om verbinding tussen groepen van verschillende sociaal-culturele achtergronden te stimuleren.
-
Artikel
Hoe regelen we de regio?
Het economisch belang van stedelijke regio’s in Nederland wordt steeds groter. Door diverse politieke, beleidsmatige en maatschappelijke ontwikkelingen werken we steeds meer op regionale schaal. Het functioneren van het openbaar bestuur speelt hierin een belangrijke rol.
Het is wenselijk de volksvertegenwoordiging en het bestuur zo in te richten dat ze goed aansluiten op en gebruik maken van de ontwikkelingen in die regio. Dat vraagt onder andere om samenwerking tussen verschillende gemeenten. Deze samenwerking blijkt echter in de praktijk geen eenvoudige opgave te zijn.
Ondanks dat, wordt veelal gepleit voor een regionale schaal: dit legt economisch gezien de regio geen windeieren. Het functioneren van de regionale samenwerking is de afgelopen tijd veel onderzocht in verschillende contexten. Het ministerie van Binnenlandse Zaken heeft Platform31 opdracht gegeven nader te kijken naar de impact van de stedelijke regio’s op lokaal bestuur. Deze verkenning gaat in op de impact van het groeiend belang van stedelijke regio’s voor de structuur, de cultuur en het proces van het openbaar bestuur.
Een aantal bevindingen op een rij:
- De ervaringen in de verschillende regio’s laten zien dat de omvang en functie van de gemeente van belang zijn voor de manier waarop die gemeente in een regionale samenwerking staat.
- Regionale samenwerking vraagt om een actieve rol van gemeenteraden en bestuurders.
- Het Rijk kan bijdragen door maatwerk te leveren, experimenteerruimte te bieden en lokale besturen te ondersteunen, te faciliteren en op te leiden.
- Enerzijds adviseren we het Rijk om gemeenten meer ruimte te bieden. Anderzijds wordt het in sommige situaties tijd dat het Rijk duidelijke keuzes maakt.
- Het Rijk dient af te stappen van het adagium ‘one size fits all’ en het nastreven van gelijkheid.