Artikel

Toespraak onthulling monument Peter R. de Vries, 15 juli 2024, Leidseplein

15 juli 2024

Beste familieleden van Peter,

Dames en heren,

‘Stel niet uit tot morgen wat je vandaag kan doen, maar doe het meteen.’

Dit noemde Peter R. de Vries zelf het ‘onmiddellijkheidsbeginsel’,

een motto dat zijn leven begeleidde.
En ik denk ook een karaktereigenschap: hij kon eenvoudig niet anders.

Zo had hij, anders dan ik en de meesten van ons, ook nooit goede voornemens in de aanloop naar oud en nieuw.

In zijn eigen woorden:

‘Ik vind mensen die goeie voornemens tot oud en nieuw bewaren nogal sukkelig, eerlijk gezegd. Als ik een goed voornemen heb, voer ik het binnen vijf minuten uit.’[1]

Je hoort het hem zeggen, zonder een spoor van twijfel aan zichzelf.

En het is niet moeilijk om de parallel te zien met zijn maatschappelijke betrokkenheid.

Als journalist.

Als vertrouwenspersoon.

Onrecht pak je meteen aan, daar leefde hij naar.

Dat bracht hem op de been.
Want je kijkt niet weg om later spijt te hebben.

Daarom streed hij voor rechtvaardigheid van vaak kwetsbare mensen die naar zijn oordeel onterecht waren veroordeeld.
Door de rechter en door het publiek.
En hij schuwde daarbij conflict en impopulariteit niet.
Nabestaanden, slachtoffers van misdrijven, mensen die onterecht ten prooi waren gevallen aan het justitiële systeem, aan discriminatie door populistische politici of aan mediahypes konden op zijn niet aflatende verontwaardiging en strijd rekenen.
Hij was gewoon voor niemand bang.
Niet voor het systeem, niet voor het establishment, niet voor criminelen, zelfs voor de duvel niet.

Peter was een nationale held, zei ik op de avond dat hij zo wreed werd neergeschoten.
En dat was hij.
Een held maar geen heilige.

Al die vechtlust, dat ongeduld, kon hem ook tot een lastige man maken. Ik herinner me hoe ik hem ontmoette als - toen nog - jong kamerlid en justitiewoordvoerder.
Hij streed voor een gemakkelijker herziening van strafzaken en hij kwam mij en andere kamerleden bewerken.
Ik herinner me hem van toen als boos, een tikkie minachtend.
Hij had overduidelijk geen hoge pet van ons op maar rekende ons tot de slapjanussen die wel aan goede voornemens doen en in ieder geval – naar zijn zin niet onmiddellijk genoeg wilden handelen.

In de loop van de jaren ben ik dat – en daarmee hem – meer en meer gaan waarderen.
De machten in ons land (waartoe ik ook behoor) hebben stevige critici nodig.
Strijders met een groot hart, die niet opzij gaan, hoe hard de wind ook tegen hen blaast.

En ik denk dat heel Nederland dat ook voelde in de verdrietige dagen na zijn dood.
Wat onze achtergrond ook is.

Want de lange rijen voor Carré, mensen uit alle lagen van onze samenleving en van heinde en verre, waren gekomen om afscheid van hem te nemen.
We verloren Peter R. de Vries, op een ondenkbare, verschrikkelijke manier.
Daarmee verloren we ook een icoon van onverzettelijkheid en van standvastigheid.
We missen Peter en we missen waar hij voor stond.

Voor zijn familie, zijn vrienden en collega’s is het missen, de pijn – er elke dag.

Royce, Kelly: het heeft jullie niet weerhouden om zijn strijd voort te zetten.
Voor nabestaanden van misdrijven, voor slachtoffers van onrecht.
Hoe fair zijn jullie, hoe moedig.

Als de ware nabestaanden hebben jullie vanaf de dag van zijn dood volgens Peter’s onmiddellijkheidsbeginsel gehandeld.
Ik dank jullie hiervoor.

En voor alles wat jullie als familie hebben gedaan om dit monument mogelijk te maken.
En voor dat monument dank ik kunstenaar Rini Hurkmans ook.

De moord op Peter R. De Vries,

zo wreed, zo luguber en zinloos.
En gefilmd om Nederland in de greep van angst te krijgen.

Het deed onze democratische rechtstaat trillen.

De rechtstaat die niet kan zonder vrije en kritische journalistiek.

Zoals ook deze stad al eeuwenlang drijft op vrije nieuwsgaring en intellectuele nieuwsgierigheid.

Dat hij hier, in het hart van Amsterdam, bijna in het zicht van de plek waar hij zijn werk als journalist deed, is vermoord, zal ons decennia blijven verbijsteren.
En we willen dit ook niet vergeten.

We willen de man niet vergeten.
We willen die onmenselijke misdaad niet vergeten.

Bovenal willen we zijn werk, zijn strijd voor rechtvaardigheid, zijn kritische en onafhankelijke geest, zijn onverschrokkenheid blijven eren als een leidraad voor onze stad en onze inwoners.

Daarom staat hier op het Leidseplein, in het hart van de stad, vanaf vandaag dit monument.
We gedenken daarmee Peter R. De Vries.
En we maken ook universele en tegelijk heel Amsterdamse waarden zichtbaar:
opkomen voor de mensen die kwetsbaar zijn, zoeken naar recht en rechtvaardigheid, je verbonden weten met elkaar en – bovenal – de wens om samen vrij te kunnen leven.

Dank u wel.

[1] Uit ‘De diepte in’, Radio 1: https://www.nporadio1.nl/podcasts/de-diepte-in/57141/herhaling-margje-fikse-in-gesprek-met-peter-r-de-vries. Margje Fikse in gesprek met Peter R. de Vries

Aanvullende informatie