Shared bicycles: their role in the optimal mix of nodes
Hoe kunnen we data gebruiken om mobiliteitspatronen bij verschillende groepen in de stad te onderzoeken? Onderzoeker Niels van Oort van de TU Delft deelt bevindingen uit verschillende mobiliteitsonderzoeken tijdens de AMS conferentie.
Paneldiscussie: Hoe kunnen we mobiliteit inclusiever maken?
Mobiliteit is complex en vereist interdisciplinaire samenwerking Een belangrijke vraag die gesteld moet worden is 'Wie profiteert'?
Al meer dan 500 steden hebben deelfietsen. We zien al duidelijke gezondheidsvoordelen en we merkten op dat het delen van fietsen veerkrachtig bleek te zijn tegen de pandemie. Sommige groepen worden echter weggelaten. Een paar voorbeelden: Uit gegevens blijkt dat in het VK en Spanje vrouwen minder fietsen dan mannen. Plattelandsgebieden blijven vaak relatief losgekoppeld. Lagere inkomensgroepen lijken niet te profiteren van het delen van fietsen.
Panel discussie over inclusieve mobiliteit:
Uit alle panelpresentaties blijkt dat technologie het delen van fietsen makkelijker en beter maakt. Het probleem van inclusiviteit is echter multi-complex. Enkele opmerkingen of oplossingen van het panel waren:
Het opleiden van mensen en het geven van onderwijs moet prioriteit blijven
Menselijke hulp bij vervoer HUB's blijft belangrijk. Mensen verbinden beter met andere mensen dan met robots
Gebruik kwalitatief onderzoek zoals observatie en interviews om verbinding te maken met verschillende groepen. (bijv. Waarom proberen vrouwen minder graag deelfietsen?)
Integreer micromobiliteit met bijvoorbeeld studentenkaarten om de betaalbaarheid tussen verschillende groepen te behouden
Betere regelgeving en betere aansluiting op de HUB betekent meer adoptie van gebruikers