Discriminatie is een hardnekkig probleem dat we pas kunnen aanpakken als we weten waar en hoe het gebeurt. Moslimdiscriminatie wordt nagenoeg niet gemeld terwijl het wel plaatsvindt. Daarom organiseerde Kennisland in opdracht van het ministerie van SZW twee proeftuinen in Zeeland en Oost-Nederland om samen met betrokkenen te onderzoeken hoe het komt dat moslimdiscriminatie nauwelijks wordt gemeld en oplossingen te ontwerpen die de meldingsbereidheid bij moslimdiscriminatie kunnen vergroten. We maakten daarbij gebruik van een public-design-aanpak. In een publicatie en handreiking delen we onze belangrijkste lessen en inzichten.
Discriminatie is op veel verschillende manieren aanwezig in onze samenleving: onder andere op de arbeidsmarkt, de woningmarkt, bij publieke uitvoeringsinstanties en in het onderwijs. Discriminatie heeft ingrijpende gevolgen voor de levens van mensen en voor de samenleving als geheel. Uit het SCP-rapport over ervaren discriminatie blijkt dat slechts een op de vijf mensen die menen gediscrimineerd te zijn, dit ook melden bij een instantie. Voor moslimdiscriminatie ligt dit percentage nóg lager. En dat terwijl 55 procent van de Nederlandse moslims aangeeft regelmatig discriminatie te ervaren.
Om discriminatie aan te pakken is het belangrijk dat er vaker gemeld wordt. Iemand die gediscrimineerd is kan bijvoorbeeld advies krijgen van de onafhankelijke antidiscriminatievoorziening (ADV) in de gemeente of aangifte doen van een strafbaar feit bij de politie. Melden heeft altijd zin. Melden geeft namelijk zicht op de omvang en aard van het probleem. De overheid heeft deze informatie nodig om discriminatie te voorkomen en te bestrijden.
Daarom organiseerde Kennisland in opdracht van het ministerie van SZW twee proeftuinen in Zeeland en Oost-Nederland om samen met lokale moslimorganisaties, de lokale antidiscriminatievoorziening, burgers, gemeenten en het rijk te onderzoeken welke activiteiten mogelijk leiden tot een hogere meldingsbereidheid bij moslimdiscriminatie.
Uitdagingen en inhoudelijke inzichten
In de publicatie ‘Resultaten van de Proeftuin Moslimdiscriminatie Melden’, delen we de inhoudelijke inzichten, analyse en oplossingen die uit de trajecten in Oost-Nederland en Zeeland zijn gekomen. Samen met de betrokkenen hebben we in kaart gebracht wat binnen deze regio’s de oorzaken zijn van de lage meldingsbereidheid. Hierbij kwam aan het licht dat veel mensen niet weten dat ze discriminatie kunnen melden bij een ADV, of de stap om te melden te groot vinden. Zij vinden het moeilijk om met hun klacht naar de ADV te gaan, omdat zij weinig vertrouwen in instituties hebben. Het is dan ook niet niks om een heftige discriminatie-ervaring te moeten delen met een onbekende klachtbehandelaar voordat verdere stappen ondernomen kunnen worden.
Zo kwamen we tot de belangrijkste uitdagingen waarvoor oplossingen nodig zijn:
- Zichtbaarheid: hoe zorgen we ervoor dat moslims weten hoe en waar discriminatie gemeld kan worden?
- Verbinding: hoe zorgen we ervoor dat medewerkers van de ADV meer in contact staan met mensen uit de moslimgemeenschap?
- Vertrouwen in instituties: hoe vergroten we het vertrouwen van moslims in de instituties die de taak hebben hen te ondersteunen bij discriminatiezaken?
- Vertrouwen in het proces: hoe vergroten we het vertrouwen van moslims in het proces en de gevolgenuitkomsten van het melden van moslimdiscriminatie?
- Taalbarrière: Hoe verlagen we de drempel voor moslims voor wie Nederlands niet de moedertaal is?
- Internalisering: hoe zorgen we ervoor dat moslims zich realiseren dat discriminatie onder geen enkele omstandigheid normaal is en we ons als samenleving sneller geroepen voelen om er iets tegen te doen?
- Sociale omgeving: hoe zorgen we ervoor dat het melden van moslimdiscriminatie de sociale norm wordt?
- Angst voor negatieve gevolgen: hoe zorgen we ervoor dat de angst voor mogelijk negatieve gevolgen van melden onder moslims verdwijnt?
Tijdens de bijeenkomsten stonden de deelnemers lang stil bij de vraag wie nu eigenlijk het probleem van moslimdiscriminatie moet oplossen. Doordat de focus tijdens de proeftuin lag op meldingsbereidheid, ontstond bij sommige deelnemers het beeld dat er een grote verantwoordelijkheid gelegd wordt voor het oplossen van het probleem bij degenen die discriminatie ervaren, in plaats van bij de daders of instituties. De conclusie was daarom: het vergroten van de meldingsbereidheid vraagt nadrukkelijk niet alleen om actie vanuit de moslimgemeenschap. Het verbeteren van de bereikbaarheid, zichtbaarheid en werkwijzen van instituties als de ADV is ontzettend belangrijk om bovengenoemde uitdagingen op te lossen. Ook de samenwerking tussen de ADV en andere instanties, waaronder de politie, is belangrijk. Tijdens de proeftuin kwam bij het ontwerpen van oplossingen daar dan ook de focus op te liggen.
Een van de oplossingen: vertrouwenspersonen als brug tussen meldpunt en melders
Om de kloof te dichten tussen de wens van individuen om hun discriminatie ervaringen kwijt te kunnen, en de angst om deze bij een onbekend instituut neer te leggen, hebben de deelnemers in de Oost-Nederlandse proeftuin daar iets op bedacht: het inzetten van vertrouwenspersonen.
Het idee is dat de vertrouwenspersonen het vertrouwen in de ADV, de zichtbaarheid van de ADV en de verbinding tussen de ADV en de moslimgemeenschappen vergroten. Daarnaast sluit deze aanpak aan bij een behoefte van de gemeenschap om zelf meer in regie te zijn om discriminatie onderling bespreekbaar te kunnen maken.
De vertrouwenspersonen zijn sleutelfiguren in de moslimgemeenschap zelf, die vrijwillig en ervaringsdeskundig advies en ondersteuning kunnen bieden in de eerste gesprekken met moslims die discriminatie ervaren hebben. De vertrouwenspersonen krijgen een training van de ADV (Vizier) en krijgen zo de vaardigheden om hun eigen ervaringen als bron te kunnen benutten in het bewust en bespreekbaar maken van discriminatie bij anderen, en hen handelingsperspectieven te bieden. Dit zorgt voor een veel persoonlijkere aanpak. De vertrouwenspersonen kunnen de gesprekken registreren in een overzichtelijk systeem en zo de ADV informeren over wat er speelt. De medewerkers van de ADV onderhouden nauw contact met de vertrouwenspersonen en kunnen ondersteuning en hulp bieden bij complexere zaken.
De gemeente Enschede heeft eind 2021, kort na afloop van de proeftuin, besloten om hier in samenwerking met Vizier mee aan de slag te gaan in de vorm van een pilot van een jaar. Na een jaar wordt de aanpak geëvalueerd en bekeken of deze aanpak structureel kan worden ingezet en ook interessant kan zijn voor andere vormen van discriminatie.
Handreiking
Met het begeleiden van deze proeftuin in twee regio’s in Nederland hebben we ervaring opgedaan met het inzetten van public design als methode voor het vergroten van meldingsbereidheid bij discriminatie. Op basis van deze inzichten hebben we een Handreiking gemaakt met concrete tips, inzichten en tools voor antidiscriminatievoorzieningen, gemeenten, maatschappelijke organisaties en andere betrokkenen die samen met mensen die discriminatie ervaren, oplossingen willen ontwerpen die bijdragen aan het verhogen van de meldingsbereidheid bij discriminatie door middel van een public-design-aanpak.
Ook in dit project hebben we weer aangetoond dat de inzet van een public-design-aanpak veel kan opleveren bij een complex vraagstuk als het verhogen van de meldingsbereidheid bij discriminatie.
De aanpak:
- biedt kansen voor de ADV om zich nog beter in te leven in de belevingswereld van mensen die discriminatie ervaren en om de werkwijze daar beter op te laten aansluiten;
- zorgt voor meer vertrouwen doordat alle belanghebbenden bij het traject betrokken worden;
- zorgt ervoor dat er een gedeeld beeld ontstaat over wat de belangrijkste uitdagingen zijn waaraan gewerkt moet worden;
- zorgt voor meer draagvlak en betrokkenheid om ook samen aan de slag te gaan met het realiseren van de oplossingen, door samen onderzoek te doen en ideeën te bedenken.
“De oplossingen die naar voren zijn gekomen in het traject waren voor mij niet allemaal nieuw. Maar er is bezieling en draagvlak ontstaan, omdat deze oplossingen in samenwerking met moslims en diverse lokale maatschappelijke partijen zijn ontwikkeld. Nu komt het uit de groep zelf, waardoor er ook vertrouwen en energie is om samen aan de slag te gaan met de uitvoering. Dat is voor mij de waarde geweest van deze aanpak”. – Carla van Dijk, directeur-bestuurder Vizier (ADV Oost-Nederland)
Wij raden iedereen die zich bezighoudt met meldingsbereidheid van discriminatie aan om de handreiking te gebruiken.