Article

Ploeterplekken

Verhaal door Janine Toussaint, Moving Arts Project

Wat Amsterdam mist?

Amsterdam mist plekken waar je kan en mag twijfelen, waar je kan en mag experimenteren, waar je kan en mag botsen, waar je kan en mag maken, waar je kan en mag falen, waar je kan en mag ploeteren.

Plekken waar je heen gaat omdat je iets nog niet weet, omdat je iets wilt uitproberen of iets tegen iemand aan wilt houden. Gewoon omdat je tijd, ruimte en reflectie nodig hebt.

Hoe zou die plek er dan uit moeten zien. Het zou niet 1 plek moeten zijn maar zou eigenlijk op heel veel plekken moeten zijn in de stad, buiten, in de openbare ruimte voor iedereen toegankelijk. Dat je naast de speelgoeduitleen ook een zaag, een boormachine of een schildersezel kan lenen om aan een stevige klustafel samen met de buren je fiets te repareren, een paar plankjes te verven of te gaan zitten schilderen. Dat je naast de vele voetbalveldjes ook culturele trapveldjes hebt waar je kan jammen met je muzikale buurtgenoten, waar je samen kan nadenken over een performance, een nieuw gedicht of een verhaal kan vertellen aan de kinderen uit de buurt. Dat je naast alle liefdevolle buurtbarbecues ook plekken hebt waar je het in alle veiligheid hartgrondig met elkaar oneens kan zijn.

Dit alles niet georganiseerd en in programma’s gevat maar alleen gefaciliteerd door uitleen van spullen, letterlijk arena’s voor gesprek en vlakke vloeren voor performance.

Ik noem het “Ploeterplekken”, plekken, waar de dingen niet vanzelfsprekend zijn, niet beklonken in de kaders van een gezamenlijke normaal, plekken waar niks zeker is; plekken waar ploeteren de norm is.

Stadsdeel: Oost

Image credits

Header image: Richard Niessen vaag.jpg