Vervolgens wordt besproken wat insecten nodig hebben voor hun voedsel, voortplanting, verplaatsing, veiligheid en variatie. Inheemse planten spelen een cruciale rol bij het bieden van voedsel voor insecten, evenals de juiste omgevingen voor voortplanting, verplaatsing, veiligheid en variatie.
Het belang van inheemse planten wordt verder onderbouwd door te verwijzen naar het onderzoek van Kennedy & Southwood uit 1984, waaruit blijkt dat boomsoorten die al lang in een gebied voorkomen, een grotere diversiteit aan insectensoorten ondersteunen.
Vervolgens worden voorbeelden gegeven van specifieke insectensoorten, zoals dagvlinders en wilde bijen, die afhankelijk zijn van inheemse planten voor hun voortbestaan. Een specifiek voorbeeld wordt gegeven van de sleedoorn en de sleedoornpage, waarbij wordt benadrukt hoe deze plant en vlindersoort elkaar ondersteunen.
De gepresenteerde PowerPoint benadrukt dus het belang van inheemse planten binnen het Amsterdams beleid en de cruciale rol die ze spelen bij het ondersteunen van de biodiversiteit, met speciale aandacht voor insecten zoals dagvlinders en wilde bijen. aan de hand van de voorbeelden vlinders en wilde bijen wordt toegelicht dat deze soorten als volwassen individu weliswaar nectar vinden op uitheemse planten, maar voor het voltooien van hun hele levenscyclus afhankelijk zijn van inheemse planten. Aan de hand van het voorbeeld van de sleedoornpage wordt toegelicht dat er sprake kan zijn van een fenologische mismatch als een plant weliswaar inheems is, maar in een andere klimaatregio wordt opgekweekt. Het verkrijgt dan andere eigenschappen, waardoor het bijvoorbeeld vroeger bloeit, waar de soort die ervan afhankelijk is (in dit voorbeeld de sleedoornpage) niet meer van kan profiteren.