Editors: Inte Gloerich, Judith Hart, Geert Lovink, Caroline Nevejan, Ilse Verkerk
-
Article
Flying Money Conference 2018 Conference Report
Amsterdam has a vibrant economic climate in which international businesses like to use the city as a base. Even though the international banking world seems to have overcome the financial crisis of 2008, there is still a lot of uncertainty as to how the banking world will survive. Nevertheless, the international economy is thriving and Amsterdam is one of its centres that contributes every day. Being a hub and a hotspot for many people from all over the world, also other new dynamics have entered the city in the last few years. Millions of euro’s pas through the city of which we do not know anymore whose money it is, where it comes from or where it goes. Also, the developing cryptocurrencies and parallel money cultures all contribute to the opaqueness of the future of the financial world.
To better understand the current dynamics that will affect our financial future, Amsterdam has taken the initiative to organize an international conference with and for European cities: Flying Money – Investigating illicit financial flows in the city. Below first a description is given of the challenges a North European city like Amsterdam is facing today. Secondly the potential of recognizing and designing urban dynamics, which informed the design of the conference and the line-up of speakers, is sketched. In the last section results of the Flying Money conference are shared and a short description of the book is offered. -
Article
2018 Flying Money Conference
Waar zijn in de stad onduidelijke geldstromen? En wat kunnen we daartegen doen? Over deze en andere vragen houden de Hogeschool van Amsterdam (HvA) en de gemeente op 22 en 23 mei de Flying Money Conference. “Onze rol is dat we voor de troepen uitlopen”, zegt Geleyn Meijer (HvA).
“De wereld van het geld verandert heel snel”, vertelt Ilse Verkerk (gemeente Amsterdam). “Het bankenmonopolie verdwijnt, digitale geldstromen zoals bitcoins nemen steeds meer toe. Op veel plekken in de stad zien we schimmige geldstromen. Soms duidelijk illegaal, in andere gevallen is meer onderzoek nodig om ze precies te duiden. Het is belangrijk dat we hier als overheid meer grip op krijgen.” Geleyn Meijer: “Als samenleving hebben we soms het gevoel dat we achter de feiten aan lopen. Onze rol als kennisinstelling is dat we voor de troepen uitlopen. En dat we academische kennis koppelen aan vragen uit de praktijk.”
Kennis uitwisselen, samenwerken en doen
Op de Flying Money Conference staan drie thema’s centraal: kennisuitwisseling tussen verschillende disciplines, handelingsperspectieven (wat kunnen we doen?) en het bevorderen van Europese samenwerking.
Ilse Verkerk: “We willen alle betrokken partijen bewust maken van de snelle veranderingen die op ons afkomen. En ze uitdagen om buiten hun eigen wereld te kijken. Het gaat naast politie, OM en Belastingdienst ook om heel andere disciplines zoals financiële instellingen, de wetenschap, onderzoeksjournalisten en de creatieve industrie. Die werelden willen we bij elkaar brengen.”
Geleyn Meijer: “In Nederland hebben we ontwerp hoog in het vaandel. Een conferentie als dit past daarin. Samen kunnen we tot andere oplossingen komen.”
Voor iedereen interessant
Meijer en Verkerk zijn ervan overtuigd dat de conferentie ook interessant kan zijn voor mensen die niet direct met geldstromen bezig zijn. Ilse Verkerk: “Het is voor geïnteresseerde stedelingen ook interessant. Als jij in de stad woont en je ziet een hele straat vol bruidswinkels of een ander homogeen winkelaanbod, wil je toch weten hoe dat komt. Wat gebeurt er in mijn stad? Waar komen al die geldautomaten ineens vandaan? Het maakt je bewuster en je kunt betere keuzes maken voor wat betreft je eigen geld.” Geleyn Meijer: “Betrokkenheid bij je eigen woonplaats is een groot goed, daar heeft de stad behoefte aan.”
Samenwerking met HvA
De samenwerking tussen de gemeente en de HvA op dit terrein is ingegeven door Chief Science Officer Caroline Nevejan (gemeente Amsterdam). Toen de gemeente nadacht over het organiseren van een conferentie over onduidelijke geldstromen, suggereerde zij meteen om dat samen te doen met de Hogeschool van Amsterdam. Geleyn Meijer: “Zij vervult echt een brugfunctie tussen de overheid en de wetenschap, goed dat Amsterdam zo’n functie heeft. Natuurlijk waren we meteen enthousiast toen deze vraag op ons afkwam. Het is heel leuk om hier samen in te investeren.”
Ilse Verkerk ziet een grote meerwaarde in de inbreng van de HvA. “Natuurlijk brengt de hogeschool andere kennis mee. Bovendien is de gemeente geen onderzoeksinstituut. De hogeschool heeft ook zijn eigen connecties, waardoor in ons nieuwe, gezamenlijk netwerk verschillende perspectieven bij elkaar komen. In het eerste gesprek merkte ik al dat zij anders naar de problematiek kijken, dat is heel waardevol.” Geleyn Meijer: “En wij leren op onze beurt veel over de actuele vragen die er spelen, en die ons kunnen inspireren voor nieuw onderzoek. Ongetwijfeld zal deze conferentie leiden tot nieuwe perspectieven, Europees én lokaal. Dat is goed voor Amsterdam, want uiteindelijk moet de stad wel die vrijhaven blijven voor creatieve ondernemers die het altijd geweest is.”
Ilse Verkerk is manager van het team Amsterdamse Aanpak Ondermijning, behorend bij de directie Openbare Orde en Veiligheid (OOV).
Geleyn Meijer is op de Hogeschool van Amsterdam (HvA) decaan van de faculteit Digitale Media en Creatieve Industrie. Per 1 juli is hij de nieuwe rector van de HvA.
Inschrijven?
Meer weten of je inschrijven? Kijk op www.flyingmoneyconference.eu
Bron: artikel amsterdam.nl 9 mei 2018
-
Article
Institute of Network Cultures
The Institute of Network Cultures (INC) analyzes and shapes the terrain of network cultures through events, publications, and online dialogue. Our projects evolve around urgent publishing, alternative revenue models, critical design and making, digital counter culture and much more.
The INC was founded in 2004 by Geert Lovink, following his appointment within the Amsterdam University of Applied Sciences. A key focus is the establishment of sustainable research networks. Emerging critical topics are identified and shaped in a practical sense. Interdisciplinary in character, the INC brings together researchers, artists, activists, programmers, designers, and students and teachers.
The Institute of Network Cultures conducts research on the future of money since over 15 years (MoneyLab).Research
The field of network cultures revolves around the interaction between new forms of media, and the users of such new forms. With a strong focus on the transdisciplinary nature of new media and its DIY and open source components, the INC gives equal attention to the artistic, political and technical aspects of the internet and other emergent media. As such, the INC’s area of research extends to design, activism, art, philosophy, political theory, and urban studies and is not confined to the internet alone. Indeed, the INC maintains that the internet can only be understood at the conjuncture of these various fields and lines of inquiry. ‘Network cultures’ is seen as a strategic instrument to diagnose political and aesthetic developments in user-driven communication. Network cultures rapidly assemble, and can just as quickly disappear, creating a sense of spontaneity, transience, even uncertainty. Yet these forms are here to stay. However self-evident it is, collaboration is a foundation of network cultures.
Model of the INC method, via public research (e.g. conferences) and publications a sustainable network will be formed. Credits: Institute of Network Cultures.
The aim of the INC is to create sustainable research networks around emerging topics in which a critical contribution can be made. The formation of a small group of international people, both inside and outside of the academy, may result in a larger online discussion. Together with the researchers and a group of students, interns and volunteers, an event is organized to gather key questions and thinkers. Many of these events, such as a conference, seminar or workshop, culminate in a publication. Formats of publication may include a printed reader, a book, video interviews, wikis, blogs and special online magazine issues, along with conference documentation (photos, video files and podcasts). The publication functions as an important vehicle for the sustainability of the research network.
INC themes
IMAGE CULTURE
These days images form part and parcel of every message when surfing, searching, and interacting. On dedicated platforms like YouTube and Pinterest images are gathered, annotated and shared. Images are more than just illustration: they have retained an autonomous status, digitalization notwithstanding. Online video has to observe its own rules with respect to editing, light, framing, use of sound, and so on. How has this been changed under the influence of digitalization and the ubiquity of digital cameras? What relationship should visual education have to this? And the key question: is the image taking over from the written word? Alongside the technical, economic, and social aspects of the network, its aesthetic component is becoming increasingly important. To understand this better we need to engage in an open, critical dialogue with visual artists, designers, and filmmakers at all levels of the network culture.
URGENT/HYBRID/DIGITAL PUBLISHING
The publishing world is perhaps one of the last big media organizations to be making the transition to the digital domain. So it is now going through a sea-change moment in which new relationships will emerge between writer, publisher, designer and distributor. Many of its older mechanisms may soon no longer work, but in their place new possibilities will arise with regard to formats, reading experiences, social reading, do-it-yourself, business models, and so on. Is the book business – like other media industries – headed towards a model in which content is cut up into parts? What about e-readers and reading online, on your phone?
REVENUE MODELS IN THE ARTS/MONEYLAB
More and more young professionals are entering the market and it is getting harder to find a solid job. Remuneration for web design and app development is falling all the time, while the content itself has been more or less written off and is made available for free. A freelancer’s life is an insecure one. In a moribund economy, finding new income sources is a matter of urgency. IT is getting ever more important, but outsourcing continues to expand. Online funding of the creative sector is still in its infancy and badly needs more research and development. What will future YouTube earnings models look like? Will crowdfunding and Bitcoins supply enough ‘supplementary income’? And where will the basic income come from?
MULTIDISCIPLINARY ENGAGEMENT
Political action and social involvement are no longer isolated, underground activities, or limited to a small group of activists. People are experimenting with new media and digital technologies everywhere and all the time. Post-2000 a new relationship has arisen between politics and aesthetics, and the technical knowledge needed to effectively deploy new media has spread quickly. Today, ‘compassion fatigue and nihilism are the greatest problems; where do we draw the line between ‘clicktivism’ and real involvement? Is going offline the only option? How can social movements organize themselves, beyond social media? We are in the middle of a quest to find the right balance between virtuality and the street, between networks and squares, as public spaces used to be called in the old days. What do the newest tactics look like to today’s social mix of artists, programmers, researchers, and designers?
DESIGN
Design is more than just the optimization of business processes and information streams. For INC, design is above all an aesthetic expression that asks questions. Design is a skill and an applied art that is essential to anyone building systems for the media and information industries. Without a solid knowledge of visual language, and a critical attitude towards form and functionality, designers end up simply copying standard protocols: the filling in of empty templates. A world without aesthetic practice is a bleak and barren environment, dominated by a pure functionality in which the spirits of both the maker and the user are absent. In design education, it is essential that links are forged between functional informatics and interaction design, not just for students but for everyone who goes online. How do we break out of this ‘urge to optimize’?
KNOWLEDGE PRODUCTION
Internet platforms like Google, Wikipedia, and online university modules such as MOOCs are increasingly determining what we mean by ‘knowledge’. In education, digital databases are replacing not only the old-fashioned library but also the teacher’s role as the dispenser of knowledge to the student. If something isn’t on Google then it might as well not exist. What does this mean for a student’s view of the world? Who gets to decide what is important and what is not? It is vital to know what websites like Wikipedia and search engines like Google look like on the inside and to understand how they work, while the process of knowledge production is being increasingly left to software algorithms. What are the real-world politics behind these algorithms, editing bots, and online courses?
Amsterdam University of Applied Sciences (Hogeschool van Amsterdam)
The Institute of Network Cultures (INC) is part of the Amsterdam University of Applied Sciences (AUAS, HvA in Dutch), faculty of Digital Media and Creative Industries. Within this faculty, the INC is part of the knowledge centre. The responsibilities of the INC include the provision of internships, lectures, and BA thesis supervision.
Back in 2004, Geert Lovink’s appointment was one of 300 ‘lector’ positions across national applied universities assigned to formulate the research agenda for Dutch vocational education.
This article originates from the website of the Institute of Network Cultures.
More information about MoneyLab can be found here.
-
Article
Meesterfraudeur
Meesterfraudeur Rutger Vlieck
Terechtstelling
Deze prent toont de terechtstelling van boekhouder Rutger Vlieck op 13 mei 1673. In het archief van de Wisselbank zijn documenten te vinden over de grootscheepse fraude van de boekhouder. Vlieck lichtte zijn werkgever voor enkele tonnen op. Hij werd daarvoor ter dood veroordeeld. De familie nam daarna uit schaamte voor zijn gedrag een nieuwe naam aan.
Meesterfraudeur
Boekhouder Rutger Vlieck lichtte zijn werkgever, de Wisselbank, voor zo’n driehonderdduizend gulden op. Een enorm bedrag, ook in die tijd. De fraude kwam aan het licht in 1672. In dat ‘rampjaar’ vielen Frankrijk, Engeland, Münster en Keulen de Republiek aan. Door de klanten werd veel geld opgenomen: de bank kreeg waarschijnlijk liquiditeitszorgen. Vlieck bleek sinds 1657 op grote schaal ‘malitieuse affschrijvingen’ te hebben gedaan.
Ter dood veroordeeld
Rutger Vlieck bekende op 18 april 1673 zonder dralen zijn misdaden. Hij werd ter dood veroordeeld. Met een zwaard werd zijn hoofd afgehakt. Al zijn goederen werden geconfisqueerd. De boedel werd failliet, desolaat, verklaard. De zoon van Vlieck werd twee weken na de executie van zijn vader begraven. Pleegde hij zelfmoord? Wolffert, de broer van Rutger Vlieck, woonde sindsdien in Wijk bij Duurstede, een vrijplaats voor schuldenaren. De schande voor de familie was groot: zij ging voortaan Boelens heten, naar de familienaam van Vliecks vrouw.
Wisselbank
De Amsterdamse Wisselbank was sinds zijn oprichting in 1609 gevestigd in de kelder van het stadhuis, nu het Paleis op de Dam. De bank nam allerlei soorten munten en klompjes goud en zilver in bewaring. De inlegger kreeg een tegoed in bankguldens. Op die manier werd de Noord-Nederlandse handel voorzien van waardevaste munten. Als girobank verrichtte de bank overschrijvingen van de rekening van de ene naar de rekening van de andere klant. In 1794 bleek de bank voor miljoenen guldens illegaal krediet verstrekt te hebben aan de Verenigde Oost-Indische Compagnie. Dat luidde het begin van de ondergang van de bank in. In 1820 sloot de Wisselbank.
https://beeldbank.amsterdam.nl/beeldbank/indeling/detail?q_searchfield=+010097007317+
-
Article
Trendbeeld Politie Amsterdam april 2018
In dit Trendbeeld staan trends beschreven die zich voordoen in het veiligheidsdomein. De belangrijkste conclusie is dat 'Technologisering' het thema is dat als een rode draad door alle ontwikkelingen heen loopt. Er wordt dan ook geadviseerd om als politieorganisatie mee te bewegen in deze ontwikkelingen en zich op te maken voor de grote uitdagingen die op dit gebied te wachten staan. Ook is bekend dat een groot deel van de ondermijnende criminaliteit in de Eenheid Amsterdam waar de afgelopen jaren flink op is geïnvesteerd, verband houdt met (conflicten op) de cocaïnemarkt. Dit legitimeert een verhoogde aandacht voor het onderliggende probleem: de cocaïnehandel. Tot slot is gebleken dat de druk op de stad en omliggende gebieden de afgelopen jaren sterk is gestegen door een toename van inwoners, toeristen en bezoekers. Deze ontwikkeling zal zich doorzetten en een toenemende druk blijven leggen op alle partners die zich bezig houden met veiligheid en leefbaarheid (bron: p.1 Trendbeeld, passage uit 'Conclusie').
Enkele passages uit de paragraaf Witwassen (p.4) in het Trendbeeld:
"Het witwassen van geld verkregen uit illegale activiteiten ondermijnt het economische stelsel van onze maatschappij. Er bestaat een grote diversiteit aan witwasmethoden die in meer of mindere mate aan veranderingen onderhevig zijn. Voorbeelden die het NDB beschrijft, zijn loanback-constructies door middel van crowdfunding, ABC-constructies, via stichtingen, trustkantoren, etc." Uit signalen van de Directie Openbare Orde en Veiligheid van de gemeente Amsterdam blijkt dat de exploitatie van horecagelegenheden en de financiering van vastgoed in toenemende mate met behulp van een informele leningsvorm wordt geregeld: de onderhandse lening.
(...)
Ook criminelen investeren in vastgoed met crimineel geld. Amsterdam heeft aangekondigd een stadswijk zo groot als Haarlem te gaan bouwen in het Westelijk Havengebied. De aankondiging leidt tot interesse van malafide investeerders en een mogelijke toestroom van gelden met onduidelijke herkomst. In het NDB 2017 wordt verwacht dat de ontwikkeling van de blockchaintechnologie grote gevolgen zal hebben voor o.a. banken. Dit betreft een openbaar grootboek waarin allerlei transacties worden vastgelegd, variërend van de (ver)koop van onroerend goed tot aandelentransacties en het opmaken van aktes. De essentie van de blockchaintechnologie is dat het de tussenpersoon bij transacties, bijvoorbeeld notarissen, financieel dienstverleners, makelaars, overbodig maakt. Bij transacties kunnen de betrokken partijen rechtstreeks met elkaar zakendoen, omdat het grootboek openbaar is en wereldwijd gedistribueerd wordt. In hoeverre deze technologie van invloed is op het fenomeen witwassen is echter nog onzeker, maar het biedt criminelen nieuwe mogelijkheden en de opsporing nieuwe kansen."
Bron: bijgevoegd trendbeeld, van website Politie, 18 april 2018
-
Article
Kamerplanttour
TINKEBELL organiseerde in 2017 met financieel journalist Arno Wellens De Kamerplant Tour, een excursie over belastingontduiking en de rol die de kamerplant daarin speelt. Het was een tijdelijk kunstproject. De excursie startte in Amsterdam.
Bronnen en meer informatie: website TINKEBELL en Wikipedia TINKEBELL
Verslag van het kunstproject op Facebook. -
Article
Vrouwenhandel
Internationale Vrouwensmokkel
Hoofdcommissaris van politie H.S. Hordijk, die tussen 1903 en 1913 het Amsterdamse korps leidde, legde vijf plakboeken aan. In de albums zitten heel veel foto’s, maar ook getekende plattegrondjes, krantenknipsels en zelfs postzegels. Alles zit er door elkaar, vaak vergezeld van enig commentaar. Deze bladzijde maakt melding van vrouwensmokkel.
Lees meer over de albums van hoofdcommissaris Hordijk
Vrouwenhandel
In januari 1911 werden drie meisjes, twee van achttien en één van twintig jaar, samen met twee mannen opgepakt. Zij kwamen uit Rusland en wilden verder reizen naar Argentinië, waarschijnlijk om in de prostitutie te gaan werken. De meisjes beweerden echter dat ze er familie gingen opzoeken. De politie liet hen doorreizen naar Buenos Aires.
Onderzoek
De politie deed onderzoek naar het reizende vijftal. De twee mannen bleken bekend te staan als valsspelers en smokkelaars. De meisjes werkten in Warschau als prostituee. In Argentinië pakten zij hun oude beroep weer op. Eén van de meisjes had zich in ieder geval bij aankomst in Argentinië ingeschreven als prostituee.
Politiefoto’s
In het archief van de Amsterdamse politie is een vijftigtal fotoalbums bewaard gebleven. Veel van die albums tonen de personeelsuitjes en de jubilea van de politie, of de bezoeken van buitenlandse staatshoofden. Maar sommige bevatten ook oude politiefoto’s. Foto’s werden vanaf het eind van de negentiende eeuw door de politie gebruikt bij het onderzoek.
https://archief.amsterdam/inventarissen/inventaris/5225fo.nl.html#HDAB00004000001
-
Article
Arm en rijk in de regio
Arm en rijk in de regio
Op basis van gedetailleerde data op buurtniveau zijn de verschillen in ontwikkeling en dynamiek van ongeveer 900 buurten in de MRA onderzocht. Het beleidsonderzoek "diversiteit en dynamiek" toont niet alleen de grote veelzijdigheid van de gemeenten die de MRA vormen, maar laat ook zien dat binnen de gemeenten een fascinerende heterogeniteit en dynamiek bestaan.
Diversiteit en dynamiek
Figuur 5.6a laat zien hoe de bevolking in de MRA naar inkomen is verdeeld. Het gemiddelde inkomen per inwoner op het niveau van buurten varieert van ongeveer 10.000 euro per inwoner in bijvoorbeeld typische studentenbuurten en delen van Haarlemmermeer en Almere/Lelystad tot boven de 60.000 euro per inwoner in buurten van Laren en Huizen (Laren-Steenbergen, Laren-Rijksweg, IJzeren Veld en Flevo). De spreiding binnen deze gemeenten is vele malen groter dan op gemeentelijk niveau binnen de MRA, waar deze varieert van 21.500 euro in Lelystad tot 38.000 euro in Bloemendaal (zie figuur 5.6b).Ook de concentratie van armoede en rijkdom (zie figuur 5.7) kent grote verschillen in de MRA. Amsterdam, Purmerend, Diemen en Lelystad huisvesten buurten waarin het percentage van de bevolking dat hoort tot de 40 procent van de Nederlandse bevolking met het laagste inkomen, ruim meer dan de helft is. Rijkdom is sterker geconcentreerd, afgemeten aan het percentage van de 20 procent rijkste Nederlanders woonachtig in een bepaalde buurt. Rijkdom is onder meer sterk geconcentreerd in Bloemendaal en Aerdenhout en in (wijken van) Bussum, Huizen, Naarden, Laren en ook Overgooi (Almere). In deze gemeenten is de inkomensongelijkheid ook hoog (zie ook hoofdstuk 5 van de Economische Verkenningen MRA 2015 over ongelijkheid). Amsterdam heeft zowel buurten met hoge percentages bevolking die tot de armste 40 procent behoren, als hoge percentages bevolking die tot de rijkste 20 procent behoren, waardoor de ongelijkheid hier groot is. In figuur 5.7b valt dat af te leiden uit de grote spreiding van het inkomen.
Bron: beleidsonderzoek ‘diversiteit en dynamiek’, auteur: Henri L.F. de Groot.
-
Article
Keerzijden van de groei
Amsterdam is een magneet voor bezoekers, nieuwe bewoners en bedrijven. Het aantal mensen dat naar Amsterdam komt om te wonen, werken, studeren of bezoeken is in de afgelopen jaren fors gegroeid. Het aantal inwoners nam toe met ruim 10.000 per jaar, het aantal toeristen stijgt elk jaar met 5 tot 10%, het aantal arbeidsplaatsen met gemiddeld 3%. Elke dag pendelen er 288.000 forenzen naar Amsterdam (en gaan 119.000 forenzen de stad uit). De economische groei van Amsterdam is in de laatste drie jaar gemiddeld 3,7%, dat is hoger dan de groei van de metropoolregio en van Nederland. De verwachtingen zijn dat de groei in de komende jaren door zal gaan.
De groei van de stad biedt meer kansen voor mensen en bedrijven op het vinden en behouden van een plek in de stad. En voor de gemeente betekent de grote vraag naar een plek in de stad extra mogelijkheden om bijvoorbeeld de energietransitie te versnellen of innovatieve vervoersconcepten te ontwikkelen. Ook leidt de groei van de stad voor de gemeente tot hogere inkomsten uit gronduitgifte, parkeer- en toeristenbelasting en een hogere gemeentefondsuitkering.
Maar de groei van de stad stelt de gemeente ook voor nieuwe vraagstukken.
- Het gebruik van de openbare ruimte en het groen in de stad zijn de afgelopen jaren explosief toegenomen. De extra inkomsten zijn naar verwachting niet voldoende om alle investeringen te doen die nodig zijn om de kwaliteiten van de stad te behouden. Wat is ervoor nodig om Amsterdam leefbaar en aantrekkelijk te houden?
- De vierkantemeterprijs van vastgoed voor wonen en werken is in de laatste jaren fors gestegen (38% stijging van de prijs van een koophuis in de jaren 2013-2016). Binnen de Ring A10 en ten zuiden van het IJ (maar inclusief de noordelijke IJ-oevers) zijn de prijzen zo hoog dat minder kapitaalkrachtige mensen zoals starters en middeninkomens (dienstverlenende beroepsgroepen) en bedrijven er geen plek meer kunnen vinden. Dit vormt een risico voor de economie van Amsterdam. Hoe zorgen we ervoor dat Amsterdam toegankelijk blijft?
- Het verkeer dreigt op steeds meer momenten en plekken in en rond de stad vast te lopen. Bewoners geven aan steeds meer overlast te ervaren door drukte en toerisme, vooral in het centrum. Wat is ervoor nodig om Amsterdam bereikbaar te houden?
- De werkgelegenheid groeit in de regio Amsterdam zo hard dat, in combinatie met de demografische ontwikkelingen en de krapte op de woningmarkt de komende jaren personeelstekorten in sectoren zoals onderwijs, zorg en techniek verder oplopen. Hoe zorgen we voor voldoende personeel in matschappelijk bepalende sectoren?
- De groei van basisvoorzieningen (zoals scholen, zorg- en welzijnsinstellingen, cultuur-, groen-, speel- en sportvoorzieningen) houdt op dit moment geen gelijke tred met de groei van het aantal inwoners. Dit zet de kwaliteit van leven onder druk. Hoe zorgen we ervoor dat we de sociale-ruimtelijke samenhang en een goede kwaliteit van leven behouden?
- Door de woningmarktontwikkelingen en verkoop van huurwoningen zijn buurten van samenstelling verandert. Dit kan leiden tot het ‘niet thuis voelen’ in de eigen buurt of spanningen tussen ‘oorspronkelijke’ bewoners en nieuwkomers. In sommige andere buurten vindt juist een clustering van kansrijken ofwel kansarmen plaats waardoor de kans op ontmoeting van ander type bewoners afneemt. Wat is er nodig voor voldoende sociale samenhang in de groeiende stad?
- De groei van de stad gaat gepaard met een toenemend gebruik van grondstoffen voor nieuwe gebouwen, wegen en bruggen, de (her)inrichting van de openbare ruimte, consumptiegoederen en toename van mobiliteit. Hoe zorgen we ervoor dat de groei van de stad de energietransitie niet afremt maar stimuleert?
In de verkenningen Groei van de stad, Leefkwaliteit, Duurzaam meedoen op de arbeidsmarkt, Identiteit en samenleven en Energie- en Grondstoffentransitie zijn deze en andere vraagstukken verkend door het stedelijk strategieteam, in samenwerking met de gemeentelijke organisatie. De verkenningen maken onderdeel uit van de ‘Staat van Amsterdam’, ter voorbereiding op de bestuursperiode 2018-2022. De stukken zijn te vinden onder https://openresearch.amsterdam/page/34235/staat-van-amsterdam