Speech burgemeester Halsema bij 748e verjaardag Amsterdam
Onderdeel van
Trefwoorden
27 oktober 2023
Dames en heren,
Er kwam geen paranormaal verschijnsel aan te pas.
Er is geen heldenepos.
Er klom niet een avonturier uit het koude water van het IJ,
die zijn vlag plantte op de plek waar Amsterdam het levenslicht zou zien.
Niks van dat alles over de geboorte van onze stad,
in de verhalen van de eerste geschiedschrijvers uit de zestiende en zeventiende eeuw.
Ze maakten niks mooier dan het was.
Ze zeiden eigenlijk, aldus de historicus Ben Speet in 2004,
‘dat de Amsterdammers hun stad zelf hadden gemaakt tot wat zij was’.[1]
Dat mag trots stemmen, want makkelijk was het allerminst.
De Amsterdammers van het begin moesten hun huisjes bouwen op terpen.
Deze verhogingen moesten voorkomen dat alles onder water kwam te staan.
En door de dalende bodem moesten die terpen dan om de zoveel jaar weer verhoogd worden.
Waarom dáár een stad beginnen, als die grond zich daarvoor zó slecht leent?
Dat kan maar één ding betekenen:
Amsterdam was toen al eigenzinnig.
En met die eigenzinnigheid gaan we ook het 750-jarig bestaan van onze stad vieren.
Want als je dorp ontspringt aan de inventiviteit en het doorzettingsvermogen van bewoners,
dan is het niet meer dan logisch dat Amsterdammers zélf buurtinitiatieven kunnen opzetten ter ere van dat jubileum.
Dat kunst- en cultuurinstellingen zélf ideeën kunnen aandragen voor nieuwe projecten.
Het is mooi dat zo veel mensen zich geroepen voelen om het jubileum tot een succes te maken.
Dat dit engagement zo breed leeft in de stad,
doet me ook goed nu onze saamhorigheid in tijden van oorlog op de proef wordt gesteld.
De beelden die ons bijvoorbeeld uit Gaza, Israël en Oekraïne bereiken,
zijn hartverscheurend en stemmen veel Amsterdammers die ik sprak erg somber.
Er vloeien veel tranen in de stad.
En daarom schuurt het ergens,
dat we hier een feestje in de steigers zetten.
Misschien voelt u dat ongemak ook.
Tegelijk is ons 750-jarig bestaan meer dan een feestje.
Als zo veel verschillende mensen en instellingen zich verenigen om het jubileum luister bij te zetten,
dan is dat een grote kans om de schoonheid en voorspoed van de stad aan meer Amsterdammers toe te laten komen dan nu gebeurt.
Dan kunnen we die energie gebruiken ten goede van onze stad en buurgemeenten.
Zo zullen de contouren van een Nieuw Amsterdams Verbond ontstaan,
waarin inwoners, instellingen en bedrijven op voet van gelijkwaardigheid en in onderling vertrouwen samen optrekken.
Het is bijvoorbeeld indrukwekkend hoeveel bedrijven aan 2025 willen bijdragen.
Hoezeer zij zich verbonden voelen met het welzijn in en om de stad.
Dus van de boardroom tot de buurt:
overal leeft het vertrouwen dat 2025 een jaar kan worden dat meer is dan een verzameling slingers en borrels.
Omdat we ideeën,
zoals op het gebied van cultuur, onderwijs of natuur,
waarvoor mensen elkaar de hand willen reiken,
in de praktijk kunnen brengen.
Dat komt bijvoorbeeld aan het licht in De Groene Stelling,
een initiatief dat juist met anderen rondom Amsterdam tot leven is gebracht.
Tal van publieke en private partijen slaan de handen ineen om een gebied van 25.000 hectare,
midden in de metropoolregio, tot een bloeiend landschap te maken.
Daarvoor werken we aan gezonde voeding met een goed verdienmodel voor boeren,
herstel van biodiversiteit door natuur en water de ruimte te geven,
en een gezonde woonomgeving met meer ruimte voor recreatie.
Dit concrete project biedt een venster op de toekomst,
waarin brede samenwerking die we nu voor Amsterdam750 zien,
niet alleen iets is om trots op te zijn of geroerd door te worden.
Die brede samenwerking is gewoonweg ook onmisbaar,
om de grote vragen van onze stad te lijf te gaan.
Want ook al floreert Amsterdam op sommige gebieden,
we kunnen níet onze ogen sluiten voor ongelijkheid, het tekort aan leraren of de klimaatverandering bijvoorbeeld.
Dus samenwerking met bedrijven alleen, voor een sterke economie, is niet langer genoeg.
Ons streven naar welvaart moet ook sociaal-maatschappelijke en ecologische vruchten afwerpen,
en dat kunnen we via een Nieuw Amsterdams Verbond dichterbij brengen.
Laten we daarom 2025 aangrijpen om deze publiek-private relaties tot volle wasdom te laten komen.
Die banden tussen allerlei Amsterdammers,
gesterkt door onderling vertrouwen, gelijkwaardigheid en eigenzinnigheid,
zijn de nieuwe terpen die, net als bij het begin van onze stad, de toekomst van Amsterdam veiligstellen.
En als we daar goed voor zorgen, dan wordt 2025 voor iedereen een jubileum om naar uit te kijken.
Dank u wel.
[1] Uit ‘Geschiedenis van Amsterdam. Een stad uit het niets. Tot 1578’, SUN, 2004