Cultureel diverse muziekeducatie is nauw verbonden met de maatschappelijke ontwikkeling
van globalisering, (im)migratie en het ontstaan van pluriforme samenlevingen. Immigranten
nemen hun unieke muzikale achtergonden en -erfgoed mee. Sommigen gaan zich bewegen
in en tussen verschillende muziekwerelden (Young, 2009), leren verschillende muzikale talen
spreken (Van den Dool, 2018), of stellen zich ‘bi-muzikaal’ op (Brinner, 1995). In Nederland
leidt deze muzikale diversiteit tot een grote, mondiale variatie in muziekpraktijken en
muzieklessen, ook in het onderwijs. Daarmee ontsaat de mogelijkheid voor leerlingen en
professionele musici om vanuit allerlei culturele achtergonden met elkaar te werken en van
elkaar te leren (Bremmer & Schreuder, 2018).

Het lesmodel Muziekpraktijken rond de wereld sluit aan bij deze cultureel diverse
ontwikkelingen in de maatschappij, met name bij de gevolgen van (im)migratie en
globalisering die grote steden in Europa veranderen in culturele mozaïeken. Verschillende
studies wijzen er al op dat kunsteducatie niet meer hetzelfde is of kan zijn als pakweg
twintig jaar geleden, wil het aansluiten op deze maatschappelijke ontwikkelingen (Saraber,
2006; Bremmer & Schreuder, 2018). Een nieuwe visie op muziekeducatie is daarmee nodig
voor zowel het primair en voortgezet onderwijs als voor het kunstvakonderwijs dat cultureel
sensitief, cultureel divers en inclusief wil zijn (Burnard, Dillon, Rusinek & Saether, 2008;
Philpott & Kubilius, 2015). Voor de Opleiding Docent Muziek (ODM) van het Conservatorium
van Amsterdam betekent dit dat er binnen zo’n visie de volgende uitgansgpunten voor
muziekeducatie centraal staan:

• Een globaliserende wereld: de diversiteit aan muzikale tradities die we onder meer
terugvinden in de programmering van podia en festivals komt terug in muziekeducatie.
Ook de lespraktijken waar die muzikale tradities uit voortkomen, krijgen een plek in
muziekeducatie (Schippers, H. & Campbell, P.H., 2012);
• Maatschappelijk betrokkenheid: de docent muziek bevordert cultuurparticipatie,
inclusie en diversiteit, en geeft zodoende ruimte aan de beleving en uiting van de
muzikale achtergrond van leerlingen in muziekeducatie;
• Culturele sensitiviteit: er vindt een cultureel sensitieve communicatie plaats tussen
docent en leerlingen en tussen leerlingen onderling. Dit vraagt van de docent en van
leerlingen dat deze kritisch kunnen kijken naar stereotyperingen en ook de inhoud van
het muziekcurriculum kritisch kunnen bekijken (o.a. de-kolonisatie van het curriuculum)
(Ming-Tak Hue & Kennedy, 2012; Philpott, 2022).

Authors: Melissa Bremmer, Adri Schreuder en Bas Gaakeer

Editor: Cornelieke van Voskuijlen

Downloads