Stadsecoloog: ‘Voor natuur moet je in Amsterdam zijn’
Uit een rapport van het Wereldnatuurfonds (WNF) blijkt dat het slechter dan ooit gaat met de Nederlandse natuur op het boerenland. In Amsterdam floreert de natuur juist, zegt stadsecoloog Remco Daalder.
Uit het rapport blijkt dat sinds 1990 de populaties wilde dieren in open natuurgebieden en op het boerenland gemiddeld zijn gehalveerd. Het overschot aan stikstof is de belangrijkste oorzaak, maar ook bemesting, bestrijdingsmiddelen en verdroging.
Moeten we ons in Amsterdam ook zorgen maken?
“Nee, eigenlijk niet. Amsterdam doet het goed. De biodiversiteit gaat hier op sommige plekken zelfs vooruit. Wij gebruiken in ons groenbeheer bijvoorbeeld geen bestrijdingsmiddelen.”
En stikstof?
“Ja, ook in de stad is uitstoot. Maar wel minder dan in grote landbouwgebieden als Brabant en Drenthe. Hier zijn veel bossen, we worden omhuld door groen. In Waterland zitten boeren, maar die zijn gemiddeld goed bezig: ze gebruiken minder mest en bestrijdingsmiddelen, en een aantal houdt het land niet kunstmatig droog. Ze zijn een voorbeeld voor de rest van Nederland.”
Telt de stad ook steeds minder insecten?
“Nee, dat denk ik niet, hoewel exacte cijfers ontbreken. Dat het hier zo goed gaat, komt vooral door al het groen in de stad, dat we zelf aanleggen en beheren. Neem het bloemenlint in Noord, van mijn collega Fred Haaijen. Dat is zo goed voor insecten. Het aantal wilde bijen is bijvoorbeeld gestegen. Maar niet alleen insecten doen het goed, ook het aantal ijsvogels in de stad groeit bijvoorbeeld hard.”
Waarom hier wel, en elders niet? Je zou verwachten dat insecten en vogels liever niet in een stad vertoeven.
“We zijn heel goed in kleine stukken grond optimaal benutten. De geveltuinen in de Pijp, de drijvende tuintjes op de Hobbemakade. Vaak nemen bewoners het initiatief. Wij stadsbewoners denken dat we ver van de natuur af staan, misschien dat we er daarom zo veel aandacht voor hebben. Zo van: dan maken we het zelf maar. Nou, dat werpt zijn vruchten af.”
“Een nieuwe trend is overigens natuurinclusief bouwen. Niet meer een gebouw zomaar neerzetten, maar dat zo bouwen dat beesten en planten er ook wat aan hebben. Dus met groene gevels, daktuinen, nestkasten voor zwaluwen en vleermuizen.”
Daar mogen we best trots op zijn, toch?
“Zeker. We kunnen concluderen dat door onze inspanningen het aantal wilde dieren en insecten hier niet minder wordt. Daarmee wil ik de problemen in Nederland niet bagatelliseren, want die zijn alarmerend. Maar hier gaat het goed. Voor natuur moet je in Amsterdam zijn.”
Onlangs lanceerde Architectuurcentrum Amsterdam (ARCAM) het Manifest van De Scheggen, en op dit moment is daarover een tentoonstelling te zien. Centraal staat de betekenis van de groene scheggen voor de stad, zowel nu als in de toekomst. Maar wat zijn die scheggen en waarom zijn ze er eigenlijk?
Groen tot in het hart van de stad
De Groene Scheggen zijn grote aaneengesloten groengebieden die vanuit het buitengebied, zoals het Gooi en de Kennemerduinen diep de stad in steken. Voorbeelden zijn de Amstel-, Amsterdamse Bos-, Bretten- en Diemerscheg. De scheggen maken onderdeel uit van het beroemde Algemeen Uitbreidingsplan (AUP) van Cornelis van Eesteren uit 1934, het 1e stadsbrede plan sinds de grachtengordel. De scheggen in het AUP vormen tot op de dag van vandaag een belangrijke basis voor de stadsontwikkeling. Het idee van de scheggen kwam in 1934 echter niet uit de lucht vallen.
Groei en groen – hand in hand
De geschiedenis gaat terug tot de 2e helft van de 19e eeuw. Toen groeiden steden zoals Amsterdam explosief. Maar er was geen plan voor het hoe en waar te huisvesten van die vele duizenden nieuwe inwoners. Het overkwam de stad, waardoor velen opeen gepakt in krotten of eenkamerwoningen zonder stromend water of riolering woonden. Met talloze ziektes en sterfgevallen tot gevolg. De overheid deed echter niets, en de situatie verslechterde. Bevlogen vooraanstaande liberalen en sociaal-democraten meenden dat dat een beschaafd land niet waardig was, en namen het heft in handen. Gedreven mannen en vrouwen zoals Kruseman, Jacobs, Van der Pek, Went, Ter Meulen Keppler en Berlage stelden daarbij de vraag wat de basisingrediënten zijn voor een goede leefomgeving. Rond 1900 nam ook de politiek verantwoording op zich om de problemen op te lossen, en ze liet onderzoeken uitvoeren door diverse raden en commissies, zoals de Woningraad en de Tuinstadcommissie. De conclusies luidden keer op keer dat een goede woning, rust, frisse lucht en contact met de natuur hiervoor cruciaal zijn. Men poogde ook om een hoeveelheid gebruiksgroen (sport, spel, volks-, schooltuin, park e.d.) per persoon te bepalen. Vervolgens probeerde men dat te vertalen in stedenbouwkundige uitgangspunten, en ontwerpen voor woonwijken waar grote aantallen mensen op betaalbare wijze zouden kunnen wonen.
Stad en groen – hand in hand
De prestigieuze Woningraad formuleerde het in 1909 als volgt:
“Tusschen het woning-vraagstuk in engeren zin, en den aanleg van parken en plantsoenen in en bij zich uitbreidende steden, bestaat een nauw verband. Het is voor eene goede volkshuisvesting niet voldoende, om behoorlijke woonruimte beschikbaar te hebben voor de ingezetenen, maar het komt ook aan op de algemeene ligging der woningen, op de hoeveelheid frissche lucht, die in de woonwijken kan doordringen, op de bereikbaarheid van parken en plantsoenen voor de bewoners, ten einde zich daar te kunnen ontspannen en eenige aanraking te vinden met de natuur. Voor de algemeene volksgezondheid is de aanwezigheid van dergelijke groene oazen in de steden onmisbaar (…).“De organische uitwerking van boomen en heesters hebben een bij uitstek gunstige invloed op het gehalte der lucht. (…) Deze oazen zouden én als ‘stadslongen’ én als ontspanningsplaatsen voor kinderen, ouderen en volwassenen na hun werk van grote betekenis zijn.”
Vanuit deze gedachte schetste de Woningraad in 1909 eigenlijk al de concepten voor de 20e-eeuwse stedenbouw. Die reikt in feite van de tuindorpen en Plan Zuid, met zoveel mogelijk privégroen bij de woningen en prachtige lanen en plantsoenen, tot Slotermeer, met een open verkaveling en het accent op groene openbare ruimte, tot zelfs de Bijlmer, met hoogbouw in een royaal parklandschap. De rode draad in al deze plannen is het streven dat elke bewoner vanuit de eigen woning via een opeenvolging van groenvoorzieningen ongehinderd en binnen afzienbare afstand in die natuur kon komen: van (binnen)tuin, en buurtgroen, naar wijk- en stadsparken tot in de grote natuurgebieden.
De Tuinstadcommissie uit 1929 constateerde vervolgens dat groenvoorzieningen op 3 schaalniveaus nodig zijn: gordels van grote brokken groen om de stad (‘pure natuur’, en bijzondere eeuwenoude cultuurlandschappen); goed verspreide parken in de stad; en buitenruimte direct bij de woningen. Schone lucht uit de gordels voedt dan de lucht in de parken, die op hun beurt de buitenruimte bij de woningen voedt, waardoor er een netwerk van groen en schone lucht wordt gecreëerd. Deze ideeën kregen begin 20e eeuw in de verschillende losse uitbreidingswijken een plek en vervolgens voor de hele stad in het AUP.
Verdichten en groen – hand in hand?
Nu Amsterdam wederom voor een enorme bevolkingsgroei en woningbouwopgave staat, is de spannende vraag: in welke vorm krijgt het groen in de stad van de 21e eeuw een plek? Het belang van groen voor bewoners, bezoekers, de natuur en het klimaat – en dus de leefbaarheid van de stad – is sinds de 19e eeuw alleen maar groter geworden. En de groene scheggen kunnen daar op nog meer manieren dan ze nu al doen een rol in spelen. Wat we ons daar zoal bij voor kunnen stellen is nu te zien in ARCAM.
Uniek voor een wereldstad als Amsterdam zijn haar acht groene gebieden die diep de stad binnen dringen: de Amsterdamse Scheggen.
BINNEN TIEN MINUTEN IN HET GROEN
Amsterdam kent een geweldige én unieke traditie van flink investeren in groene gebieden bij stadsuitbreidingen. Het begon allemaal ruim 80 jaar geleden met het Algemeen Uitbreidingsplan (AUP) van stedenbouwkundige Cornelis van Eesteren. Hij had een droom: iedere Amsterdammer, rijk en arm, jong en oud, binnen tien minuten in het groen! Zo werden in de jaren 40 en 50 van de vorige eeuw 50.000 woningen gebouwd in wijken als Bos en Lommer en Buitenveldert. Met daar tussenin omvangrijkeparklandschappen. De Amsterdamse scheggen waren geboren, acht in totaal: uniek voor een wereldstad.
DE AMSTERDAMSE SCHEGGEN ONDER DRUK
Amsterdam staat voor de enorme bouwopgave van 75.000 woningen de komende tien jaar. Maar een stad die groeit moet ook kunnen ademen. De Amsterdamse scheggen zijn ontzettend belangrijk voor de leefbaarheid in de stad: ze koelen de stad, zorgen voor een betere luchtkwaliteit en kunnen worden ingezet bij de grote vraagstukken van deze tijd, zoals energietransitie, klimaatadaptatie en CO2-reductie. Wij denken dat de (potentiële) waarde van de scheggen voor nu en de toekomst meer aandacht verdient. Om ze een duidelijke stem in het debat te geven richtten BOOM Landscape en ARCAM het Parlement van de Scheggen op. Een groep van deskundigen en betrokkenen die de scheggen wil beschermen tegen de druk van verstedelijking. Met nieuwe functies die de scheggen ‘productief’ maken, zodat niemand ze nog kan of wil bebouwen. De stadsuitbreiding is al in volle gang: tijd om de toekomst van de scheggen serieus te nemen!
MANIFEST VAN DE SCHEGGEN
Na maanden van onderzoeken en ontwerpen, hebben vier architectenbureaus (Karres en Brands,BOOM Landscape,Flux Landscape ArchitectureenLAMA landscape architects) onder het alziende oog van het Parlement van de Scheggen toekomstbestendige voorstellen voor de scheggen gemaakt en gebundeld in een manifest. Het manifest bestaat uit tien aanbevelingen om de scheggen sterker te maken.
De Amstelscheg reikt bijna tot in het centrum van Amsterdam. Zo komt het landschap samen met de Amstel diep de stad in. Een veenweidelandschap met weidse vergezichten, zó open dat de Arena, de Zuidas en het Amstelstation al van ver te zien zijn. Boeren produceren hier ecologische producten onder de naam ‘Boeren van Amstel’. Op hun weides is ook ruimte voor weidevogels om te nesten. Een leuk weetje: de boeren laten de koeien iets later in het voorjaar naar buiten zodat het gras hoog blijft en de vogels in de wei rustig hun eieren kunnen uitbroeden.
Er is veel bijzonders te zien in de Amstelscheg, zoals polder De Ronde Hoep met een kenmerkende sterverkaveling. Verder vind je er historische molens en aan de zuidzijde bevindt zich de Stelling van Amsterdam, waarna het poldergebied overgaat in het Groene Hart.
Scheg onder druk
Nu ben je vanaf de Stopera binnen een kwartier in het groen, maar ontwikkelingen kunnen de logische huidige route naar het landschap verstoren. Vanwege de weidsheid van het open veenweidelandschap is de impact van iedere nieuwe ontwikkeling op het landschap groot.
In een notendop
Het landschap Veenstromen, de Bovenkerkerpolder en de Waver, veenweidelandschap, boerderijen en grasland. Daarnaast worden steeds meer villa’s en niet inheemse bosschages aangelegd die het weidse vergezicht blokkeren.
Bijzondere dieren Weidevogels (broedgebied).
Het belang van de scheg De Amstelscheg zorgt voor leefbaarheid in de breedste zin van het woord. De scheg kan bijdragen aan de klimaatopgave, want het water zorgt voor verkoeling in de zomer en voor verwarming in de winter.
Nieuwe visie
Waardeer de Amstelscheg als Cultureel Erfgoed, met een precieze aanpak van restauratie, herinterpretatie en ontwikkeling. In de voorgestelde werkwijze wordt veenvorming gestimuleerd waarmee de C02-uitstoot wordt verminderd en het open Hollandsche landschap (voorlopig) veiliggesteld.
De Amsterdamse Bosscheg ligt in Amsterdam, Amstelveen en Aalsmeer. Elke Amsterdammer is er wel eens geweest. Je kunt er van alles doen: (water)sporten, theater en festivals bezoeken. Het bos is een recreatiegebied voor wandelaars en fietsers, en heeft een rijke flora en fauna.
Verschillende landschappen
Het bijzondere aan het Amsterdamse Bos is dat het bestaat uit verschillende landschappen: niet alleen bos maar ook oeverlanden, moerasgebieden, rietlanden, slootjes en grote waters maken deel uit van het bos. Het gebied is aangelegd tussen 1934 en 1976. Getransformeerd van veenlandschap tot een mooie bosrijke omgeving. De landschapsarchitect Jacoba Mulder heeft de Engelse landschapstijl als basis genomen. Kenmerken van deze stijl zijn de romantische waterpartijen, de kronkelende paden, de hoogte- en dieptewerking en de mooie bosranden.
Scheg onder druk
Er gebeurt tegenwoordig zoveel in het Amsterdamse Bos, dat er een risico is op overprogrammering. Zo verliest deze scheg zijn identiteit van recreëren in het groen om de hectiek van de stad te ontvluchten. Want waar moet de Amsterdammer heen wanneer het bos ook als drukke stad gaat aanvoelen?
Daarnaast is het bos niet opgewassen tegen de klimaatverandering omdat het kunstmatig is aangelegd. Wanneer het waterpeil zakt of juist stijgt heeft dit direct consequenties voor de flora en fauna: soorten gaan dood en er ontstaan plagen of ziektes.
In een notendop
Het landschap Bos, grasland, water, oeverlanden, wegen, sportvelden, (water)sportfaciliteiten, openluchttheater, museumtram, geitenboerderij de Ridammerhoeve, pannenkoekenboerderij Meerzicht (nog uit de tijd dat het bos polder was).
Bijzondere dieren/ natuur IJsvogels, konijnen, ringslangen, eekhoorns, vleermuizen, wezels en padden. Vogels: haviken, buizerds, bosuilen, boomklevers, en spechten. Bijzondere moerasflora zoals orchideeën en de vleesetende zonnedauw.
Het belang van de scheg Naast de belangrijke functie van recreatiegebied herbergt de Amsterdamse Bosscheg ook een rijke flora en fauna. Het Schinkelbos, een stuk polder in het zuiden, werd in 1999 aan het bos toegevoegd en vormt een belangrijke ecologische verbindingsroute.
Nieuwe visie
Vorm een deel van het Amsterdamse Bos om als voedselbos, en geef op andere delen juist de natuur weer vrij spel, bijvoorbeeld door een plek in het bos geïsoleerd te maken van het artificiële watersysteem door een ronde muur te bouwen tot op de kleilaag.
De Scheg van West wordt al eeuwenlang gebruikt voor voedselproductie. De scheg omvat een deel van de Haarlemmermeer en de polders tussen Geuzenveld-Slotermeer en Osdorp. Vanuit de Sloterplas lopen park- en groenstroken tot diep in de omliggende buurten. De scheg was vroeger buffer tegen oprukkende verstedelijking en is daarom jarenlang vooral gebruikt als agrarisch landschap.
Twee gezichten
De scheg van West bestaat twee compleet verschillende werelden waarvan we het karakter in de toekomst willen versterken. De Tuinen van West vormen een lieflijk en kleinschalig landschap dichtbij de stad. Niet alleen boeren, maar juist ook omwonende Amsterdammers produceren hier samen voedsel in pluktuinen, volkstuinen en bijentuinen. De voedselproductie is nog altijd een belangrijke verbindende factor voor de omwonenden van deze scheg. De Haarlemmermeerpolder staat in het teken van grootschalige landbouw.
Scheg onder druk
De Scheg van West lijdt onder de in rap tempo oprukkende distributie-en logistieke centra die in dienst staan van Schiphol. Verder staat de productie in de op grootschalige landbouw gerichte Haarlemmermeerpolder onder druk door verzilting. Dit verergert door invloed van klimaatverandering. Erg belastend, want jaarlijks zijn miljoenen kubieke meters gebiedsvreemd water nodig om de sloten schoon te spoelen.
In een notendop
Het landschap Vruchtbare kleigrond, park- en groenstroken, stadslandbouw, stadstuinbouw, grootschalige landbouwgronden en distributiecentra Schiphol.
Bijzondere dieren/natuur Haarlemmermeer is in vergelijking met de rest van Nederland een soortenarm gebied. De Groene As, de ecologische verbinding tussen Spaarnwoude en Amstelland, is echter een belangrijk deel van het provinciale netwerk van aaneengesloten natuurgebieden (de NNN). Belangrijke diersoorten die hier voorkomen zijn de ringslang, de waterspitsmuis, de noordse woelmuis en de meervleermuis.
Het belang van de scheg Stadslandbouw en grootschalige landbouw.
Nieuwe visie
Verander de contour van de scheg; richt de randen van de polder in met een zuiverend zoetwaterbuffersysteem en werk toe naar een flexibel peilsysteem zodat de polder zelfvoorzienend wordt. Verbindt tegelijkertijd Amsterdam via het nieuwe ecologische zoetwaterbuffernetwerk met onze nationale landschappen: Laag Holland en het Groene Hart.
De Brettenscheg ligt tussen Haarlem en Amsterdam, met aan de noordzijde het havengebied en aan de zuidkant de Spaarndammerbuurt en de woonwijken van Nieuw-West. De Brettenscheg was in het AUP oorspronkelijk bestemd voor volkstuinen, sportparken en parkstrips. Tegenwoordig wordt de scheg doorsneden door infrastructuren gericht op grote economische centra, zoals Schiphol, de Amsterdamse haven en de hoogovens bij IJmuiden. Hierdoor ontstond een erg versnipperde scheg.
In de jaren ’60 werden delen van de scheg opgehoogd met zand uit de duinen voor de uitbreiding van het westelijk havengebied maar de oliecrisis legde deze ontwikkeling stil. Daarna was de scheg lange tijd een verwaarloosd en verlaten gebied, niemandsland waar puin en chemisch afval werden gedumpt en waar slechts natuurliefhebbers, motorcrossers, criminelen en stadsnomaden kwamen. In de verlaten zandopspuitingen ontwikkelde zich spontaan nieuwe natuur met zilte flora die in niets herinnerd aan de oude polders onder het zand. Zo ontwikkelde zich in de scheg in de loop van de geschiedenis een divers pallet aan functies; van volkstuinen tot sportparken, van kantoor- en bedrijventerreinen rond Station Sloterdijk en cultuurgebied Westerpark tot natuurgebieden zoals De Kluut (2003) en de Lange Bretten (2008).
Verhalen in het landschap
Door de jaren heen had het landschap een ontelbaar aantal functies waarvan je nu soms nog de sporen ziet. Bijvoorbeeld twee enorme overgroeide bulten van puin, vrijgekomen bij de aanleg van de metro naar de Nieuwmarkt. Ook staan er nog militaire opslagdepots, restanten oude zeedijk en oude molens. Aan de westkant vind je de Stelling van Amsterdam.
De naam Brettenscheg
De Haarlemmertrekvaart was vroeger een snelle verbinding tussen Haarlem en Amsterdam. Langs deze vaart stonden vele buitenhuizen van Amsterdammers die de stad wilden ontvluchten, waaronder Huis te Bretten. Hier is later de scheg naar vernoemd.
Scheg onder druk
Snelwegen, spoorlijnen en industriegebieden doorsnijden het gebied. Hierdoor is er weinig eenheid en is het landschap versnipperd. Daarbij bevindt de Brettenscheg zich precies tussen een aantal grote geplande bouwopgaven als Havenstad, Sloterdijk en Geuzenveld-Slotermeer. De grootste bedreiging van de scheg is dan ook dat deze nog meer wordt volgebouwd, en dat de bewoners in dit gebied hun ademruimte wordt ontnomen.
In een notendop
Het Landschap Volkstuinen, Westerpak, natuurgebieden de Kluut en de lange Bretten, sportparken, het oude dorp Sloterdijk en station Sloterdijk, recreatiepark Spaarnwoude, snelwegen, spoorlijnen, boerderijen, grasland, voedselbossen en verdedigingswerken.
Bijzondere dieren/natuur In de Brettenscheg vind je van alles wat: er leven roerdompen, blauwborsten en bruine kiekendieven. Ook sjokken er ruige, harige Schotse hooglanders en Hollandse landgeiten rond. Van hermelijnen tot haviken, ijsvogels tot waterspitsmuizen en van vossen tot vleermuizen. Kortom, een echte stadsjungle!
Het belang van de scheg De Brettenscheg vormt een broodnodige buffer tegen oprukkende verstedelijking.
Nieuwe visie
De nieuwe Brettenscheg omarmt de versnippering. Laat bewoners en nieuwelingen delen van de scheg claimen voor ‘groene functies’ als gaarden, natuur- en volkstuinen en sportweides via een herenboerensysteem. Maakt kavels toegankelijk via een collectief padennetwerk en creëert een Brettenboulevard tussen de Amsterdamse en de Haarlemse Poort met uitzicht op het landschap.
De Zaanse Scheg is het oudste industriegebied van Nederland. Dat is natuurlijk gek nu je net gelezen hebt dat scheggen groene parklandschappen zijn! Toch klopt het wel: denk maar aan de karakteristieke historische molens van de Zaanse Schans. Die refereren aan de Gouden Eeuw toen dit gebied al bestemd was voor tal van producten als olie, hout, vers en kaarsen.
Weids landschap
De Zaanse Scheg is een weids landschap grenzend aan het Amsterdamse Havengebied en Zaanstad: een open en ruim gebied van grasland, agrarisch veengebied, water en riet tussen de Zaanstreek en de IJmond. Een karakteristiek Hollands landschap van dijken, sloten, linten en paden waaraan ook dorpen als Krommenie en Assendelft liggen. Tegenwoordig is het landschap goed bereikbaar voor wandelaars en fietsers. In het gebied vind je ook nog steeds fabrieken en industrieterreinen.
Het Oer-IJ
De Zaanse scheg is óók bijzonder omdat deze oorspronkelijk een verbinding vormde met de Noordzee, door het Oer-IJ. Het IJ liep vroeger via Castricum de zee in. Hier en daar zie je de oude kreken soms nog in het landschap. Deze leggen in potentie een verbinding tussen het duingebied bij Beverwijk tot zelfs de binnenstad van Amsterdam.
Scheg onder druk
De Zaanse Scheg staat onder druk doordat er steeds meer wordt gebouwd in het gebied. Nieuwbouwontwikkelingen bouwen niet voort op het karakteristieke historische landschap van linten en dijken. Gelukkig zijn er wel voorbeelden te vinden van plannen die historische landschap in acht nemen. Een voorbeeld is de nieuwe uitbreiding van Krommenie waarbij de structuren van dijken en paden geïntegreerd worden in de nieuwe wijk, om stad en landschap beter bereikbaar te maken.
In een notendop
Landschap Agrarisch veengebied, grasland, riet, water, dijken, linten en paden. Horizon met molens (Zaanse Schans) en industrie. Het Oer-IJ loopt er dwars doorheen.
Bijzondere dieren De Noordse Woelmuis (ook wel de panda van Nederland genoemd. Een zeldzaam diertje dat bijna alleen in Nederland voorkomt!) en weidevogels.
Het belang van de scheg De belangrijkste bijdrage van de scheg is de leefbaarheid die het voor de metropoolregio oplevert. En uiteraard de functie van recreatiegebied (toerisme).
Nieuwe visie
Een nieuw Zaans bos biedt producten voor de omliggende bedrijven, vormt een buffer voor de gronden met verzilting en bodemdaling en maakt het verloren gewaande Oer-IJ weer zichtbaar.
Waterland, een eeuwenoud polderlandschap met pittoreske dorpen, kleine slootjes en dijken. De linten en dijken van dit landschap zijn door de eeuwen heen intact gebleven waardoor dit een aantrekkelijke bestemming is. Door de veenontginning rond 1300 zakte het bodempeil waardoor het land gevoeliger werd voor overstromingen. Om die een halt toe te roepen, werden de Zuiderzeedijken aangelegd, die de aaneenschakeling van oudere dijkjes verstevigde. Er ontstond een echt waterland, waarbij het niet meer mogelijk was om op de lage delen te wonen. Zo kenmerkt de Waterlandscheg zich nog steeds door een veenlandschap met talrijke sloten en percelen die alleen per boot te bereiken zijn. Nu bieden de voormalige Zuiderzeedijken een recreatieve route met prachtig uitzicht over het polderlandschap aan de ene kant, en het IJmeer, Markermeer en de kleinere Gouwzee aan de andere kant.
Puur Hollands landschap
De Waterlandscheg is een puur Hollands landschap. Deze scheg bestaat voor zo’n 90 à 95% uit water (onder andere in de waterrijke veengronden). Heerlijk varen, maar ook goed wandelen en fietsen! Recreatiegebied het Twiske zorgt voor zo’n 2 miljoen bezoekers per jaar.
Scheg onder druk
Om de zoveel jaar maakt Amsterdam een plan om in Waterland te bouwen. Ook de huidige nieuwbouwontwikkelingen in Amsterdam Noord vormen een bedreiging voor deze scheg. Op dit moment vormt de dijk van het Noord-Hollands kanaal namelijk een directe verbinding met Waterland , waardoor je in 15 minuten fietsen vanaf de pont in Noord midden in Waterland staat. Door de nieuwbouwontwikkelingen in Noord komt deze directe verbinding onder druk te staan. De dreiging komt ook van andere kanten: de inlaat van gebiedsvreemd water uit bijvoorbeeld het Noordhollands kanaal vermindert de waterkwaliteit.
In een notendop
Het landschap Een puur Hollands landschap met droogmakerijen, veenpolders, veenweidelandschap, dijkjes, historische linten én water.
Bijzondere dieren & natuur Weidevogels, zoals de Kiekendief en andere roofvogels, de Noordse Woelmuis (ook wel de panda van Nederland genoemd. Een zeldzaam diertje dat bijna alleen in Nederland voorkomt!). Bijzondere natuur: zonnedauw en veenpluis.
Het belang van de scheg Een recreatiegebied en kennismaking met het pure Hollands landschap van sloten, koeien en historische dorpjes.
Nieuwe visie
Het water van Waterland biedt tal van kansen voor de stad. Bouw daarom niet in Waterland, maar trek het water van Waterland juist de stad in.
De Diemerscheg is een groene zone tussen het IJmeer, Amsterdam- Zuidoost en Weesp. Deze scheg wordt als onaantrekkelijk ervaren door de versnippering van het landschap: infrastructuur, industrieterreinen, sportparken en paardenweiden wisselen elkaar af. Daarom heeft deze scheg geen duidelijke identiteit. Maar tussen al die stedelijke invloeden liggen een prachtig landschappen verborgen. Zo vormen het Flevopark en het Gaasperpark een belangrijke schakel voor de biodiversiteit en zijn er nog prachtige oude veenlandschappen met historische stroompjes en trekvaarten, boerderijen en buitenplaatsen langs de Vecht. In dit versnipperde gebied bevindt zich een bijzondere ecologie: zo bevinden zich hier veel trekvogels en zelfs slangen op door infrastructuur onbereikbare plekken. Het is een complex landschap, maar voor wie zich laat uitdagen, des te interessanter!
De Diemerscheg heeft een bijzondere ecologische kwaliteit: het vormt de landschappelijke overgang tussen het IJsselmeer, hoger gelegen zandgronden en de wetlands op de lage veengronden van het Groene Hart. Hier is de Diemerscheg onderdeel van een belangrijke vliegroute voor vogels die van Scandinavië naar Zuid-Afrika vliegen (East Atlantic Flyway). Op de overgangen tussen land en water in dit gebied broeden, nesten en voeden trekvogels zich. De scheg heeft ook recreatieve functies: er zijn verschillende groene routes voor wandelaars en fietsers, er zijn volkstuinen én er vinden evenementen plaats.
De Diemerscheg heeft een bijzondere ecologische kwaliteit: het vormt de landschappelijke overgang tussen het IJsselmeer en de hogere gelegen zandgronden van het Groene Hart. Hierdoor is de Diemerscheg een belangrijke vliegroute voor vogels die van Scandinavië naar Zuid Afrika vliegen. Doordat deze vogels de overgangen tussen land en water opzoeken, zorgen zij voor een rijke biodiversiteit. In deze scheg wordt veel aan natuurbehoud gewerkt: voornamelijk als broed- en voedselgebied voor water- en moerasvogels. Deze scheg heeft ook recreatieve functies: er zijn verschillende groene routes voor wandelaars en fietsers, er zijn volkstuinen én er vinden evenementen plaats.
Scheg onder druk
Veel functies zoeken een plek in dit gebied. De belangrijkste druk komt van de woningbouwopgave in de Bloemendalerpolder.
In een notendop
Het Landschap Landschapskamers versneden door grootschalige infrastructuur met daarin paardenweiden, veenweide, bedrijventerreinen en natuurgebieden als het Diemerbos.
Bijzondere dieren Bijzondere ecologie: slangen en andere bijzondere diersoorten in de groenstroken tussen snelwegen en spoorlijnen.
Het belang van de scheg De Diemerscheg is met het IJmeer een belangrijke schakel in een vliegroute voor vogels naar het zuiden. De scheg is belangrijk als recreatiegebied en voor natuurbehoud.
Nieuwe visie
Nu de Scheg op het punt staat om volgebouwd te worden met laagbouw woonwijken is dit het laatste moment om de dialoog over de betekenis van de scheg te voeren. Dat doen we door middel van twee toekomstscenario’s. Een echte duurzame stedelijkheid waarin de woningbouw- en mobilteitsopgave voor de hele metropoolregio tot 2050 oplost. Of een robuust natuurlandschap van broekbossen, veenbossen en wetlands dat een nieuwe impuls geeft aan biodiversiteit, recreatie en economie.
De IJmeerscheg bestaat uit het Markermeer en het IJmeer. Hier vind je stranden, wandelroutes en bootjesmensen. De ideale plek om lekker op en aan het water recreëren. De meren verbinden belangrijke watergebieden in ons land en zijn als zoetwatergebieden van levensbelang voor overwinterende vogels. De IJmeerscheg heeft een rijke historie: de ontstaansgeschiedenis van Amsterdam is onlosmakelijk verbonden met het water en de bestaande waterroutes, zoals de Zuiderzee, die bijvoorbeeld een belangrijke handelsroute was. Sinds de bouw van de Afsluitdijk en de Houtribdijk is de IJmeerscheg een zoetwatergebied geworden, vanwaar je met je boot vanaf Amsterdam zo op het Markermeer bent.
Scheg onder druk
De grootste bedreiging voor de IJmeerscheg is de slibvorming, die de waterkwaliteit nadelig beïnvloedt. Slib werd meestal op een natuurlijke manier afgevoerd door de wind en de getijden van de Zuiderzee. Met de kunstmatige aanleg van de dijken blijft het slib nu in het water, zodat het Markermeer troebel wordt. Hierdoor wordt het minder aantrekkelijk als leefgebied voor verschillende vissen en waterplanten. Er zijn door de jaren heen verschillende projecten opgestart om dit slibprobleem op te lossen, bijvoorbeeld door onderwaterdammen of nieuwe oeverzones te creëren met waterplanten. Toch is een definitieve oplossing nog niet gevonden.
In een notendop
Het landschap Een zoetwatergebied met stranden en wandelroutes. Het is een belangrijk rustgebied voor vogels.
Bijzondere dieren/natuur Vogels: oeverzwaluw, nijlgans, slechtvalk, rouwkwikstaart. Oever- en waterplanten: de zwanebloem en dotterbloem.
Het belang van de scheg De IJmeerscheg zorgt voor leefbaarheid in de breedste zin van het woord. De scheg kan bijdragen aan de klimaatopgave, want het water zorgt voor verkoeling in de zomer en voor verwarming in de winter.
Nieuwe visie
Versterk de beleveniswaarde van de randen én maak het open water nog aantrekkelijker. Zet in op een zone van tussenland tussen de huidige dijk en het open water. Zo ontstaat een gevarieerd waterlandschap dat fungeert als gedeelde vrijstaat maar ook als regulator voor het ecosysteem. De kraamkamer voor het waterleven.
Verscholen tussen Halfweg en het Westelijk Havengebied ligt een natuurpareltje dat ieder jaar steeds soortenrijker wordt. U wandelt hier tussen de vele meidoorns, wilgenbossen, de paddenpoelen waarbij u zich soms in de duinen waant maar soms ook in een oude veenpolder met een eeuwenoude geschiedenis die overal in het landschap zichtbaar is.
Sinds 2007 werkt FREE Nature hier met het Havenbedrijf en de Gemeente Amsterdam (afdeling stadsecologie) samen om het gebied te begeleiden in zijn ontwikkeling tot een woest stukje stadsnatuur waar de mens toekijkt en de grote grazers (koniks en Schotse hooglanders) het landschap vormen. Maar het gebied kent een veel langere geschiedenis die terug gaat tot de jaren zeventig, toen het westelijk havengebied bestond uit uitgestrekte vlaktes van opgespoten zand.
Het gebied is ongeveer 70 hectare groot en herbergt veel verschillende ecosystemen, van moeras via soortenrijk grasland tot wilgenbos en essen-eikenbos. Het gebied kent zoals eerder genoemd een rijke geschiedenis, zo zijn hier bijvoorbeeld een zogenaamde ' banpaal' uit de Gouden eeuw te vinden, fragmenten van een eeuwenoude zeedijk en plekken waren vroeger boerderijen hebben gestaan. Een deel van het gebied wat bij ons bekend staat als de “de slibvelden” is een landschap met vele dijkjes, natte graslanden en meertjes. Dit geheel door mensen gevormde landschap hebben we te danken aan de nabij gelegen suikerfabriek die hier zijn restproduct na het wassen van de suikerbieten heen bracht.
Oeverlanden: ontwikkeling natuur- en recreatiegebied
Landschapspark De Oeverlanden is een belangrijk natuurgebied voor Amsterdam. Het heeft heeft een spectaculaire, wilde natuur en een langgerekte groene oever op het zuiden. We kiezen ervoor om het groen in De Oeverlanden te beschermen en te versterken. En om recreatie mogelijk te maken. Zodat het een gebied wordt waar Amsterdammers graag komen om te wandelen, sporten, spelen of om te genieten van de natuur.
In de Oeverlanden leven 48 verschillende soorten bijen, het hoogste aantal van Amsterdam. Ook vind je er bijzonder planten en dieren als weekdieren, mossen en kreeftachtigen. En waar in de stad kan het je gebeuren dat een grazende kudde Schotse hooglanders je voorbij loopt?
Ontwikkelstrategie
In de concept Ontwikkelstrategie Landschapspark De Oeverlanden staat hoe het er in 2040 uit kan komen te zien. De gemeente Amsterdam wil de komende jaren samen de belangrijkste betrokkenen uit het gebied en met andere Amsterdammers een plan maken voor De Oeverlanden. Zodat het een authentiek, groen en afwisselend landschapspark wordt met ruimte voor natuur én voor bezoekers.
Korte termijn
Het gebied is nu onoverzichtelijk en moeilijk bereikbaar vanuit de stad. We beginnen met het verbeteren parkeergelegenheid en het verbeteren van entrees en routes voor fietsers en wandelaars. Ook gaan we zorgen voor bankjes en toiletten.
Uitgangspunten
Bekijk hier de 7 uitgangspunten voor de ontwikkeling van de Oeverlanden.
Waar
Op de kaart hieronder ziet u het natuurgebied binnen de blauwe lijnen (projectgrens bestuursopdracht).
Wanneer
Najaar 2021 verwachten we dat de Ontwikkelstrategie door de gemeenteraad wordt vastgesteld.
Vervolgens gaan we de plannen samen met alle betrokkenen verder uitwerken.
In 2040 zijn de Oeverlanden aangepast aan de groeiende stad. Met een belangrijke plek voor kunst en cultuur en waar de natuur is beschermd en zich verder heeft ontwikkeld.
Brans Stassen, oud stedenbouwkundige van Almere en peetvader van de stad, vertelt naar aanleiding van luchtfoto's uit de tentoonstelling 'Almere Boven' over de ontwikkeling van new town Almere.
Almere Boven - Luchtfotograaf Dick Sellenraad en Stadsecoloog Ton Eggenhuizen
Fotograaf Dick Sellenraad fotografeerde Almere in de jaren 70. Vanuit de lucht zag hij de stad ontstaan en hem viel op hoe wonen werd gecombineerd met natuur en recreatie. In de video vertelt stadsecoloog Ton Eggenhuizen over de ontwikkeling van natuur, ecologie en de 'honey highway'.
Video gemaakt door Zita Moorman en Damian Nikkels van de Clipjesfabriek i.s.m. Stadsarchief Almere
Documentaire toont veranderd landschap in de MRA door de eeuwen heen
De ruimte in Nederland staat onder druk en dat geldt zeker voor het gebied van de Metropoolregio Amsterdam (MRA). Het is een uniek cultuurhistorisch gebied, met zeer uiteenlopende landschappen en sferen. Door de eeuwen heen hebben opeenvolgende innovaties en nieuwe economische verdienmodellen het landschap en de verhoudingen in deze regio gevormd. In opdracht van de MRA heeft MuseumTV een documentaire gemaakt over deze geschiedenis, die inzicht geeft en helpt om de grote opgaven van de eenentwintigste eeuw in samenhang te bezien.
De 25 minuten durende documentaire laat zien dat Nederlanders door de eeuwen heen erg inventief zijn geweest bij het maken van verdienmodellen. Dit leidde tot zowel geografische als demografische veranderingen in het landschap van deze regio. Van de kleine nederzetting in de elfde eeuw tot de opkomende metropool: Amsterdam en de regio zijn veranderd door verdienmodellen van de mens. De documentaire is gebaseerd op het narratief van architectuurhistoricus dr. Marinke Steenhuis,Narratief voor het MRA-landschap, dat een leidraad was voor het verhaal.
‘Het landschap staat niet stil’
De documentaire geeft een cultuurhistorische representatie van het landschap in de regio rond Amsterdam: 32 gemeenten in twee provincies. ‘De film vertelt het verhaal van het veranderende landschap in dit gebied aan de hand van mooie voorbeelden. Amsterdam en Waterland komen aan bod, natuurgebieden Ilperveld en Naardermeer, maar ook de pionierswijk Oosterwold bij Almere’, zegt de Noord-Hollandse gedeputeerde Esther Rommel (Natuur en Landschap), tevens voorzitter van het MRA-portefeuillehoudersoverlegMetropolitaan Landschap. ‘Het is aan ons om oog te houden voor de historie van dit gebied en het te beschermen, zonder dat het stil komt te staan. Het landschap staat namelijk al eeuwen niet stil, blijkt ook weer uit deze film.’
Veel te leren en te zien
Over deze geschiedenis is veel te leren en nog meer te zien. Marieke van der Donk, directeur van MuseumTV, is trots op het resultaat en MuseumTV streeft ernaar om zo veel mogelijk mensen deze documentaire te laten zien.
In dit rapport doe ik als kwartiermaker verslag van een reis door het MRA landschap. Een reis door archieven, een reis langs bestuurders, ambtenaren, museumdirecteuren en betrokken burgers, een reis over snelwegen en dijken, een reis door ideeën en voorbije en toekomstige dromen. Een reis door dat wonderbaarlijke landschap van de MRA. Die badkuip met de duinen en het Gooi als badranden. Opdrachtgever voor dit narratief over het landschap van de MRA is het MRA bureau. Samen met landschapsontwerper Berte Daan en ons bureauteam hebben we het MRA landschap geheugen en identiteit getracht te geven.
Bron: Narratief voor het MRA landschap, Vereniging Deltametropool
Voor u ligt versie 2 van het Verstedelijkingsconcept. Dit is een tussenproduct op basis waarvan we de betrokken raden en staten en de rijkspartners uitnodigen om wensen en opvattingen mee te geven. Het Verstedelijkingsconcept bevat een faseringsbeeld en zal samen met een op te stellen investeringsstrategie één Verstedelijkingsstrategie vormen. Deze willen we eind 2021 vaststellen.
Hoewel deze versie van het Verstedelijkingsconcept al een duidelijke koers uitzet, zijn er ook onderdelen die nadrukkelijk nog onderwerp van gesprek zijn. Dit geldt specifiek voor:
De uitwerking van de integraal te ontwikkelen gebieden in afspraken tussen Rijk en regio en afspraken binnen de regio (hoofdstuk 4),
Het mobiliteitssysteem (dit wordt uitgewerkt in samenwerking met het Rijk-regioprogramma Samen Bouwen aan Bereikbaarheid),
Het energiesysteem,
De sociaal-maatschappelijke
handelingsperspectieven,
De economische profielen.
Tegelijkertijd zijn er al diverse afspraken gemaakt tussen Rijk en regio over de polycentrische ontwikkeling tot 2030, die in dit document (met name paragraaf 2.2) terugkomen. In bijlage 3 is een overzicht van de reeds gemaakte afspraken opgenomen. Daarnaast heeft de Stuurgroep Verstedelijkingsstrategie richting bepaald voor de volgende onderdelen van het Verstedelijkingsconcept:
Noord-Holland kent een grote biodiversiteit, zowel te vinden in onze natuurgebieden en cultuurlandschappen (bossen, heidevelden, duinen, veenweiden, moerassen en grote wateren) als ook in de steden waar steeds meer ruimte voor natuur gezocht wordt.
Biodiversiteit in Noord-Holland 2019
In de Omgevingsvisie NH 2050 is de ambitie uitgesproken om de biodiversiteit in de provincie te versterken. Dat doen we niet alleen door planologische bescherming en de verwerving en inrichting van nieuwe natuurgebieden, maar ook door het stimuleren van kwalitatief goed natuurbeheer, zoals beschreven in het Programma Natuurontwikkeling. Daarnaast zoeken we naar meekoppelkansen met andere functies zoals de landbouw en de wateropgaven die er zijn als gevolg van de klimaatadaptatie.
We houden doorlopend vinger aan de pols om te volgen of ons beleid en de samenwerking met onze partners leiden tot de beoogde effecten. Hiervoor werken we voortdurend aan provinciebrede natuurmonitoring. Deze brochure Biodiversiteit in Noord-Holland 2018 is een vervolg op de publicatie uit 2017.
Deel van de podcastserie 'Hier gebeurt het', deze aflevering gaat over het belang van biodiversiteit in de stad van de toekomst, en kijken hiervoor naar zowel de vaak vergeten bodem als de tot nog toe onbenutte daken.
De vijfde en voorlopig laatste aflevering van de nieuwe podcastserie 'Hier gebeurt het' staat nu online. Hier gebeurt het is een podcastserie over mensen die zelf de stad maken. In deze aflevering onderzoeken botanicus Marco Roos, ondernemer en adviseur Jan Henk Tiggelaar en landschapsarchitect Joyce van den Berg het belang van biodiversiteit in de stad van de toekomst, en kijken hiervoor naar zowel de vaak vergeten bodem als de tot nog toe onbenutte daken. Een integrale aanpak is van groots belang: biodiversiteit moet het uitgangspunt zijn, niet de sluitpost.