Article

Versterking Stiltegebiedenbeleid Noord-Holland

Onderzoeker: Natuur en Milieufederatie Noord-Holland
Opdrachtgever: Provincie Noord-Holland

Managementsamenvatting
Stille groene natuurlijke gebieden zijn van belang voor de gezondheid en het welbevinden van mensen, zo stelt onder meer de Gezondheidsraad. Uit enquêtes weten we dat de inwoners van Noord-Holland het beleven van rust en stilte in natuurlijke en natuurgebieden ook belangrijk vinden en waarderen. De Provincie wil echte stille gebieden en de relatief rustige gebieden dan ook behouden en versterken. Ze noemt daarom drie aanleidingen waarom ze het stiltegebiedenbeleid ook wil versterken:
· Van de 39 stiltegebieden in Noord-Holland voldoen 24 gebieden niet aan de gestelde richtwaarde van 40 dB(A);
· De handhaafbaarheid van het beleid laat te wensen over;
· In het coalitieakkoord van het huidige college is afgesproken dat de huidige regelgeving inzake stiltegebieden wordt geactualiseerd teneinde uitvoerbaar en handhaafbaar beleid vast te stellen.

Vraagstelling
In dit advies wordt ingegaan op de vraag hoe het stiltegebiedenbeleid van PNH herijkt kan worden, met als ingrediënten: handhaving van alle stiltegebieden en een differentiatie van beleid voor echt stille gebieden en relatief stille gebieden. Daarnaast is het in de ogen van de provincie van belang het stiltegebiedenbeleid in samenhang met andere beleidsvelden te bezien en te combineren met het behouden en versterken van andere waarden van gebieden, hetgeen gezien kan worden als een vorm van benutting van de stiltegebieden.

Analyse stiltegebieden
Om een differentiatie aan te kunnen brengen in het beleid zijn in dit advies objectiveerbare criteria opgesteld aan de hand waarvan de stiltegebieden beoordeeld kunnen worden. Daarbij zijn naast stilte ook andere beleidsvelden meegenomen die samenhangen met de beleving en benutting van de stiltegebieden. Het gaat om natuur en landschappelijke waarden en om recreatieve waarden. Alle 39 stiltegebieden zijn op deze criteria beoordeeld. De uitkomsten hiervan zijn in een multi-criteriatabel overzichtelijk gepresenteerd. Van hieruit is een driedeling in de stiltegebieden aangebracht: 1) top gebieden (heerlijk stil), 2) oase gebieden (relatief stil), 3) gebieden om te heroverwegen. Vijftien van de huidige stiltegebieden belanden in de categorie top gebieden, 21 gebieden in de categorie oase gebieden en drie gebieden vallen in de categorie om te heroverwegen, samen met gebiedspartijen.

uitvoerbaarheid en handhaafbaarheid
Naast de analyse van de individuele gebieden is een analyse van de uitvoerbaarheid en de handhaafbaarheid van het beleid gemaakt. Hieruit wordt geconcludeerd dat de uitvoerbaarheid en de handhaafbaarheid van beleid zijn gebaat bij:
1. Vergroting van de bekendheid van het stiltegebiedenbeleid en versterking van de inspanning om het beleid tot uitvoering te brengen.
2. Een differentiatie in regimes:
a. een regime voor stiltegebieden die goed scoren op stilte, waardering door
bezoekers en natuur en landschappelijke waarden. Dit zijn de Topgebieden.
b. een regime voor de ‘relatief stille’ gebieden, gebieden die niet voldoen aan alle geluidcriteria, maar die wel worden gewaardeerd door bezoekers en hoge natuur en landschappelijke waarden kennen. Dit zijn de Oase
gebieden.
3. Nadere invulling van het ruimtelijk beleid voor stiltegebieden (via de PRV)
4. Het schrappen van niet handhaafbare regels uit de PMV en juridisch te toetsen of dit geen ongewenste effecten heeft (er zou geen grond meer kunnen zijn om geluid uit gettoblasters of lawaaige activiteiten te voorkomen).
5. Een sterker handhavingsmodel
6. Prikkels om gebiedspartners te betrekken en te stimuleren extra inspanning te leveren voor toezicht en monitoring
7. Prikkels om gebiedspartners te betrekken en te stimuleren extra inspanning te leveren voor het benutten van de kwaliteit stilte.

Aanbevelingen voor versterking beleid:
· Differentiatie beleid in gebieden:
o Top gebieden (15 gebieden): inzetten op het versterken en uitdragen van de waarde van deze stiltegebieden voor de omgeving en de rustzoekende recreant, het huidige wettelijke kader (PMV) te handhaven en de handhaving te versterken. In de TOP gebieden zet de provincie zich extra in, vooral op het vlak van bekendheid, zichtbaarheid en handhaving.
o Oase gebieden (21 gebieden): in deze stiltegebieden onderscheid maken tussen een stille kern (zonder lawaai door wegverkeer of industrielawaai) en een bufferzone. Bij het aanwijzen van stille kernen wordt het
vliegverkeer buiten beschouwing gelaten. In de stille kernen geldt, net als in de TOP gebieden, het PMV regime. In de bufferzones:
- Is het van belang om te bewaken dat er geen toename van structurele geluidbelasting plaats vindt (ruimtelijk spoor)
- Is het belangrijk om te onderzoeken of de geluidsbelasting door wegverkeer of industrielawaai verminderd kan worden door het nemen van geluidbeperkende maatregelen zoals geluidsarm asfalt of het aanbrengen van geluiddempende maatregelen zoals beplanting of natuurlijke geluidswering (als dit lukt en er geen sprake is van hinderlijke overlast door vliegverkeer kan het gebied opgewaardeerd worden tot TOP-gebied).
- kan overwogen worden om het PMV regime los te laten, mits de juridische consequenties geen ongewenste neveneffecten hebben.
o Gebieden om te heroverwegen (3 gebieden): organiseer per gebied een stilte tafel met gebiedspartijen om te onderzoeken of en hoe het zinvol en wenselijk is het gebied als stiltegebied te handhaven en de
belevingswaarden van het gebied te versterken.
· De uitvoerbaarheid van het beleid kan vergroot worden door het stiltebeleid meer als ruimtelijk beleid te zien.
· Aanpassen Verordening(en):
a. Naast milieuspoor meer inzetten op ruimtelijk spoor (PRV); hier concreet invulling aan geven;
b. Opnemen in het ruimtelijk spoor dat geluidsbelasting in stiltegebieden niet significant mag toenemen ten gevolge van R.O. besluiten;
c. De PMV voor zowel de Top gebieden als de stille kernen van Oase gebieden handhaven;
d. Regels in de PMV die juridisch moeilijk stand houden schrappen (scheelt handhavingscapaciteit);
e. Opnemen van een regel over drones in de PMV.
· Het stiltegebiedenbeleid krijgt t.z.t. een plek in de Omgevingsvisie waarin de verschillende sporen worden geïntegreerd. Op basis van de Omgevingsvisie worden instructieregels opgesteld op grond van de
Omgevingswet die naar verwachting in 2019 in werking treedt. De regels van het stiltegebiedenbeleid uit de PMV en de PRV kunnen bij de inwerkingtreding van de Omgevingswet vertaald worden naar
instructieregels.
· Sterker handhavingsmodel:
a. Meer handhavingscapaciteit provincie. In TOP gebieden sterker op inzetten. In overige gebieden op basis van klachten blijven handhaven (net als nu)
b. Niet of moeilijk handhaafbare regels schrappen (verlicht handhaving)
c. Verbreden handhaving naar gebiedspartijen als gemeente / beheerders (niet alleen op basis van klachten, ook aanspreken op gedrag)
d. Prikkel om te stimuleren dat gebiedspartijen (gemeente, beheerder) zich meer inspannen voor behoud stilte, door deze inspanning als provincie te belonen met extra handhavingscapaciteit.

Bekendheid beleid vergroten via onder meer de gemeenten, beheerders, intermediaire organisaties;
· Stimuleren dat in activiteitenaanbod gebieden stilte meer wordt gepromoot / ingezet voor de rustzoekende recreant. Dit sluit aan bij de aanbeveling van de Rekenkamer om gebieden aan te wijzen waar meer
wordt ingezet op ‘benutten’;
· Prikkel om te stimuleren dat de gebiedspartners zich inspannen om de kwaliteit stilte meer te benutten, door deze inspanning als provincie te belonen door bijvoorbeeld het toepassen van stil asfalt;
· Koppelen aan Groen Kapitaal (natuur en gezondheid);
· Budget beschikbaar stellen om bekendheid beleid en zichtbaarheid stilte(gebieden) te vergroten.

Image credits

Icon image: Provincie Noord-Holland

Media

Documents