De landbedekking speelt een cruciale rol bij het bepalen van de uitwisseling van water en energie tussen het aardoppervlak en de atmosfeer. Om deze uitwisselingen over verschillende soorten landbedekking op regionale schaal te begrijpen, zijn waarnemingen vanuit verschillende omgevingen nodig. In deze studie onderzochten we hoe dagelijkse en middaglatentie- en sensibele warmtestromen worden gecontroleerd over verschillende soorten landbedekking, rekening houdend met drie hoofdfactoren: energiebeschikbaarheid, waterbeschikbaarheid en uitwisselingsefficiëntie.
We analyseerden gegevens van 19 eddy-covariantie fluxtorensites in Nederland, die zes verschillende soorten landbedekking vertegenwoordigen in dezelfde klimaatzone. Met behulp van regressieanalyse identificeerden we de belangrijkste drijvende krachten achter deze fluxdynamiek. Onze resultaten tonen aan dat landbedekking de variabiliteit in dagelijkse en middag turbulente fluxen deels verklaart.
We ontdekten dat:
- De verdampingsdynamiek van grasland, veengebieden en akkerbouwgronden voornamelijk wordt beïnvloed door de beschikbaarheid van energie.
- Bosverdamping voornamelijk wordt gestuurd door de beschikbaarheid van water.
- Stedelijke verdamping wordt beïnvloed door zowel de beschikbaarheid van water als de uitwisselingsefficiëntie.
- Verdamping van open water voornamelijk wordt beïnvloed door uitwisselingsefficiëntie.
Interessant is dat we hebben waargenomen dat de sensibele warmtestroom minder gevoelig is voor het type landbedekking, wat aangeeft dat de interactie tussen land en atmosfeer een belangrijke rol speelt bij het reguleren van de sensibele warmte-uitwisseling.
Onze bevindingen dragen bij aan een beter begrip van de complexe dynamiek van verdamping over verschillende soorten landbedekking.
Authors:
Femke A. Jansen1 , Harro J. Jongen1,2 , Cor M. J. Jacobs3 , Fred C. Bosveld4 , Alexander J. V.
Buzacott5, Bert G. Heusinkveld2, Bart Kruijt6 , Michiel van der Molen2, Eddy Moors5,7 , Gert-Jan
Steeneveld2 , Christiaan van der Tol8 , Ype van der Velde5, Bernard Voortman9, Remko Uijlenhoet10,
and Adriaan J. Teuling1